Thursday, 29 February 2024

Feel Good. Jaime Wyatt

Jaime Wyatt verrijkt haar countrysongs op haar derde album Feel Good met een flinke dosis soul en Southern Rock, wat haar geweldige stem en haar doorleefde songs nog een stukje verder optilt.

Na jaren van verslaving en een verblijf in de gevangenis maakte Jaime Wyatt in 2017 met het fraaie Felony Blues dan eindelijk haar debuut als muzikante. Het rauwe countryalbum kreeg in 2020 een prachtig vervolg met het nog sterkere Neon Cross, waarop Jaime Wyatt samenwerkte met producer Shooter Jennings. Voor Feel Good heeft de Amerikaanse muzikante gekozen voor de van Black Pumas bekende Adrian Quesada, die de muziek van Jaime Wyatt een stevige soulinjectie heeft gegeven. De geweldig klinkende mix van country, Southern rock en heel veel soul eert de muzikale tradities van het diepe zuiden van de Verenigde Staten en past prachtig bij de stem van Jaime Wyatt, die met Feel Good een van de beste rootsalbums van 2023 aflevert.

Jaime Wyatt groeide op in Tacoma, Washington, en kreeg de muziek thuis met de paplepel ingegoten. Ze stond al op haar twaalfde op het podium en leek gemaakt voor een glansrijke carrière in de muziek. Op haar zeventiende verruilde ze Tacoma voor Los Angeles, waar ze vrijwel onmiddellijk een platencontract in de wacht wist te slepen. Dat contract werd door de malaise in de muziekindustrie echter al snel ontbonden, waarna Jaime Wyatt aan lager wal raakte. Ze greep naar de drugs en verdween na het beroven van haar dealer zelfs acht maanden achter de tralies.

De muzikale carrière van Jaime Wyatt leek ten einde voor hij goed en wel begonnen was, maar in 2017 keerde de Amerikaanse muzikante op 32-jarige leeftijd terug met het countryalbum Felony Blues, waarop de zwarte periode die aan het album vooraf ging centraal stond. Felony Blues stond bol van de belofte en die belofte maakte Jaime Wyatt meer dan waar met het in het voorjaar van 2020 verschenen Neon Cross. Het door Shooter Jennings geproduceerde album kreeg door de oprukkende coronapandemie misschien niet de aandacht die het album verdiende, maar iedereen die het album wel oppikte had er een favoriete countryzangeres bij.

Jaime Wyatt imponeerde op Neon Cross met haar krachtige en doorleefde stem, die prachtig kleurde bij de wonderschone pedal steel klanken op het album en bij de laatste verrichtingen van gitarist Neal Casal, die niet veel later een einde maakte aan zijn leven. Met Neon Cross maakte de tijdelijk naar Nashville uitgeweken Jaime Wyatt een prachtig countryalbum met zowel authentieke als moderne ingrediënten, wat absoluut naar meer smaakte.

Deze week keert Jaime Wyatt terug met haar derde album, Feel Good. Het is een album waarop wederom de imposante stem van de muzikante uit Los Angeles centraal staat, maar Feel Good klinkt anders dan Neon Cross en Felony Blues. Het is voor een belangrijk deel de verdienste van producer en Black Pumas lid Adrian Quesada, die Jaime Wyatt naar een studio in Austin, Texas, haalde. De man achter het geluid van Black Pumas, dat vorige jaar haar tweede album uitbracht, heeft flink wat invloed gehad op het geluid van Jaime Wyatt, die op Feel Good vooral een stuk soulvoller klinkt dan op Neon Cross.

Feel Good is voorzien van een mooie en aangenaam broeierig klinkende mix van country, Southern rock en vooral heel veel soul. In muzikaal opzicht klinkt het allemaal prachtig met een swingende ritmesectie, prachtige gitaarakkoorden en orgel dat uit de speakers knalt, maar de geweldige stem van Jaime Wyatt maakt nog net wat meer indruk en maakt van Feel Good een fantastisch album.

Het is een album dat na zijn twee behoorlijk donkere voorgangers een stuk opgewekter klinkt, wat Feel Good nog wat aantrekkelijker maakt. Ik was zeer gesteld op het countrygeluid van Jaime Wyatt en van mij had ze nog stapels countryalbums mogen maken, maar met de soulinjectie op haar derde album is helemaal niets mis en ik denk dat ik de stem van Jaime Wyatt in het soulvollere geluid zelfs nog wat beter tot zijn recht vind komen. Het is het derde geweldige album van de Amerikaanse muzikante, die zich na de valse start alsnog heeft geschaard onder het allerbeste dat de Amerikaanse rootsmuziek op het moment te bieden heeft.

Erwin Zijleman


Je kunt Feel Good hier luistren en bestellen:

https://jaimewyattmusic.bandcamp.com/album/feel-good

Tuesday, 27 February 2024

Lone Rider. D.C. Maxwell

De Nieuw-Zeelandse muzikant D.C. Maxwell debuteerde afgelopen zomer met Lone Rider, dat direct bij eerste beluistering een onuitwisbare indruk maakt en vervolgens alleen maar indrukwekkender en memorabeler wordt.

D.C. Maxwell uit het Nieuw-Zeelandse Auckland zat een paar jaar geleden nog in een punkband, maar daar is niets meer van te horen op zijn solodebuut Lone Rider. Het album is bij vlagen zeer vol en wat theatraal ingekleurd met flink wat strijkers, maar bevat ook een aantal meer ingetogen momenten, waarin een bijzondere twist nooit ver weg is. Ook de zang van D.C. Maxwell bevat hier en daar het nodige drama, maar de stem van de muzikant uit Auckland tilt het album ook mijlenver op. Dan doen ook de songs op Lone Rider, want wat zit hier veel in en wat beschikken ze over veel groeipotentie. Absoluut een album met jaarlijstjespotentie deze parel van de andere kant van de wereld.

Sinds enkele jaren volg ik ook de Nieuw-Zeelandse muziekscene op de voet en dat levert af en toe geweldige albums op en meestal gaat het om albums die aan deze kant van de wereld maar weinig aandacht krijgen. De laatste maanden viel de oogst uit Nieuw-Zeeland wat tegen, maar deze week verscheen er eindelijk weer een album dat een hele goede kans gaat maken om hoog te eindigen in mijn jaarlijstje over een maand of vier.

Het gaat om Lone Rider van de Nieuw-Zeelandse muzikant D.C. Maxwell. De muzikant uit Auckland maakte in het verleden deel uit van de emopunkband Roidz, die ook in de Verenigde Staten succesvol was, maar met Lone Rider slaat D.C. Maxwell een totaal andere weg in. De Nieuw-Zeelandse muzikant noemt zelf onder andere Scott Walker, Lee Hazlewood en Nick Cave als inspiratiebronnen, maar als ik luister naar Lone Rider dringt vooral de naam van Marc Almond zich op.

Vergeleken met Marc Almond zingt D.C. Maxwell met net wat minder pathos, maar ook de zang van de Nieuw-Zeelandse muzikant is zeer expressief en hier en daar voorzien van het nodige drama. Ik vind Marc Almond een groot zanger en ook van de stem van D.C. Maxwell ben ik zeer onder de indruk. De Nieuw-Zeelandse muzikant vertelt op zijn debuutalbum een aantal aardedonkere verhalen, waarvan er een aantal zeer persoonlijk zijn, en hij doet dit met veel gevoel en expressie.

Alleen door de zang, die ook nog raakt aan die van de briljante Gavin Friday, vind ik Lone Rider al een geweldig album, maar het debuutalbum van de muzikant uit Auckland heeft veel meer te bieden. In vocaal opzicht heb ik zoals gezegd vooral associaties met het rijke oeuvre van Marc Almond en ook in muzikaal opzicht draagt de Britse muzikant relevant vergelijkingsmateriaal aan. Veel songs op Lone Rider zijn immers behoorlijk uitbundig en soms wat theatraal ingekleurd met flink wat strijkers.

Nu vind ik dit soort muziek al snel over the top, maar dat is het debuutalbum van D.C. Maxwell zeker niet. Hier en daar zwellen de strijkers stevig aan en doen ook de blazers een flinke duit in het zakje, maar tegenover de wat steviger aangezette klanken staan ook voldoende ingetogen tot zeer ingetogen passages. Zeker wanneer de songs van D.C. Maxwell wat minder uitbundig zijn ingekleurd en hij ook wat minder expressief zingt, klinkt Lone Ride opeens als een vergeten singer-songwriter klassieker uit de jaren 70 en ook in dit genre weet de Nieuw-Zeelandse singer-songwriter zich makkelijk te onderscheiden.

Dat doet D.C. Maxwell ook zeker met de songs op Lone Rider, want de tien songs op het album zijn van een opvallend hoog niveau. D.C. Maxwell is op zijn eerste album goed voor songs die je onmiddellijk nieuwsgierig maken, die zich vervolgens snel opdringen en die ook nog eens interessanter worden wanneer je ze vaker hoort. In muzikaal opzicht zijn er steeds weer interessante wendingen en fraaie echo’s uit het verleden, maar ook in tekstueel opzicht is Lone Rider een fascinerend album, dat vaak goed is voor een traan, maar soms ook voor een lach.

Muziek uit Nieuw-Zeeland trekt in Nederland zeker niet vanzelfsprekend de aandacht, maar Lone Rider van D.C. Maxwell is een ontstellend goed album, dat ook hier moet worden bedolven onder de positieve woorden. Ik ben na een paar dagen zelf compleet verslingerd aan dit fascinerende album, maar Lone Rider groeit ook nog wel even door de komende tijd.

Erwin Zijleman


Je kun Lone Rider hier luisteren en bestellen:

https://dcmaxwell.bandcamp.com/album/lone-rider

Monday, 26 February 2024

SPRINTS live with English Teacher. Saturday 24 February 2024 Paradiso Tolhuistuin, Amsterdam

Photo: Wout de Natris
With an album like 'Letter To Self' in the pocket what could go wrong for Dublin's SPRINTS? Of course a lot could, but not with the attitude the band brings to its audience. This band is out to conquer the world and has set its mark on Amsterdam, I'm sure. Everyone present will tell their friends and friends' friends about this band, so they fill Paradiso straight next time.

From literally the very first note the band went for it and song after song set Tolhuistuin on fire. The energy clearly went both ways, with the band totally proud to have sold out its first European show, as if Ireland and the U.K. are not Europe, but o.k. I was part of this experience of SPRINTS.

The music of SPRINTS is called postpunk, most likely just like English Teacher's. I think it's time to stop using it. SPRINTS live is punk. In attitude in, the attack with which they play, the agitation of the singer, the storm coming from her lungs and throat. This girl has opinions and not afraid to share them with her audience. Anger and frustration is shared while at the same time the band has so much fun. The two girls, English Teacher's and SPRINT's singers, went stagediving at the end of the show, while the two bands, who had become great friends on their tour, were both on stage.

Photo: Wout de Natris
English Teacher certainly entertained as well but is not as far as SPRINTS is. I had not heard of the band before, nor its music but I certainly will want to hear its upcoming album, 'This Could Be Texas'. Around me I noticed that many people did know some songs and on average the music was welcomed by the audience. I certainly ended on the positive side. Singer Lily Fontaine is charming with her Afro. I hadn't seen hair like this since the 1970s I think. She can sing and sings with ease. Musically, I went from paying a lot of attention, to somewhat distracted and back. The choice of music the band plays is very varied. One song could have been a Barbra Streisand one! This made the contrast later with SPRINTS a big one. Overall though the band scored on my good side, something not all unknown support acts do.

"I've seen the future of rock and roll", Jon Landau wrote about 50 years ago. I'm not sure about that but with SPRINTS it might be true. With Wolf Alice this band live is one of two best new live acts I've seen in recent years. A closing song like 'Literary Mind' ought to conquer the world all by itself and comes across live even stronger than on record. They simply do not come much better in this genre. Wow!, is the right word.

Wout de Natris

Sunday, 25 February 2024

Back Into The Dream. Elephant Stone

Wow, that is the right word to start this review with. I did not see this one coming. On the basis of the past, what is it now, 11, 12 years, that Elephant Stone is on this blog, I had certainly expected a good album. Not Back Into The Dream though. This album is truly next level.

It is full of influences that anyone with a even a little pop knowledge will recognise. There's nothing new here where Elephant Stone is concerned. What happens next is the surprise. The Canadians come up with golden melodies that can compete with the best that came before.

Elephant Stone came into my life as one of the earlier bands that surfed high on the wave of modern psychedelia. At some point I truly wondered whether I could manage to digest another one and so often I found I could. With Indian elements the Canadians set itself somewhat apart from other bands in the genre.

What makes Back Into The Dream special is that Elephant Stone manages to successfully combine The Shins with the most glorious 1960s pop songs with a hint of psychedelia of course. A host of instruments come by giving the music the authentic sounds it needs and harmonies that seem to want to topple 'Saint Simon' from its throne as the pop song with the best vocal harmony since the 1960s. Enter The Beatles and The Beach Boys into this album. It is as if Elephant Stone gave up all the limits and inhibitions it ever set for itself to go truly all the way to create the best music it was capable of.

Over the past months, well into last year, several singles have come by on this blog but none of them individually gave away the experience I'm having listening to the whole. If proof is needed whether a whole album can work better than a single song, Back Into The Dream provides it. From beginning to end I'm riding that proverbial high Elephant Stone provides me with.

Rishi Diir (vocals, bass and sitar) and his band mates Miles Dupire on drums, Jason Kent keys and guitar, and Robbie MacArthur on guitar have struck true gold for the first time. The Montreal based foursome have produced an album so rich in sounds and melodies it can be really, truly proud of. The richness of the album shows primarily in the different sides to the album. You will hear elements honouring Yes' Steve Howe, the singing of The Beatles (and The Shins), the softer psychedelic pop songs of the 60s and a lot, lot more. It is all done in such good taste, honouring the heroes of old while presenting extremely strong Elephant Stone songs.

Sometimes an album comes along that makes my mouth drop. Back In The Dream is one of them. Time will tell how good it really is. Am I dreaming or is it real? We are certainly off to a very good start. Another strong album in 2024 and we are not even two months in.

Wout de Natris


You can listen to and order Back Into The Dream here:

https://elephantstonemusic.bandcamp.com/album/back-into-the-dream

Saturday, 24 February 2024

2024. Week 8, 10 singles

There are quite some new names on this week's singles post. A good sign as far as I'm concerned. You will find a few familiar ones though, don't worry. Where last week contained a lot of ballads and softer songs, this week has a good mix that will keep you on your toes. Enjoy!

Love Goes Down The Drain. Canyons & Locusts

Before I had the chance to start writing, the song was already over. Well, almost. 1.45 minutes is all Canyons & Locusts needs to make its point after love went down the drain. Last week, this weekly post had nearly all softer songs in its 10 song roster. To make amends we start with the new outing of the Boston - Phoenix duo. Love Goes Down The Drain punk rocks and no little. The big and fat guitar plays as loud as it can over the drums that are pounded on relentlessly for the whole song. With all the punkrocking noise Justin Keane's voice comes as rough as the genre calls for but not without a melody that allows to singing along to in any environment. Another successful single in a short while. There is supposed to be an EP out soon, called 'The Red Angel'.

Heavy Dream Cycle EP. Otherworldly Things


Released last week, today Otherworldly Things from New York City makes its debut on this blog. Heavy Dream Cycle contains some tough rock songs that combine the best of the last decades of pop and rock. Opening with the song 'I'm Tired Of Monsters' the band makes an impression immediately. Starting with a tight, yet inventive drum intro on the back of which the whole band starts playing and plays from. Pop and rock fans will recognise a host of influences in the song, which is totally infectious in its own right. In the next song, 'No Use', things only get better. A great bass part compliments the again, supertight drumming. The guitars are more frivolous and the harmonies better. Jim Browne (guitar, lead and backing vocals, violin), Matt Revie (guitar, keyboards, glockenspiel), Jason Binnick (bass, backing vocals, keyboards, cello) and Travis Harrison (drums, percussion) know really well what they are doing here. In 'Work Out Right' the band tips its toes deeply into the well of 1960s pop music. Clearly an era Otherworldly Things really likes to listen to. The result is a strong set of originals from the NYC band, adding to what has come before. Otherworldly Things returns to the record front with the release of a very nice EP that leaves me with one complaint only, I wouldn't have minded a double dose.

I Idled. The Follies


The Follies is another band that tipped its toes into the already in the above mentioned well of 60s music. In I Idled the band combines The Beatles with The Byrds (oh, wait, that is the description of The Byrds itself, isn't it?) Added is a solid jolt of poprock from the late 70s and some 80s R.E.M. styled guitar work, and out comes I Idled. On the basis of this single, I'd say that this band is anything but a folly. Gloriously up tempo and catchy, with a lead guitar that is jumping hoops all of the time, with great, fast runs showing pure competence after years of practice. What remains to be mentioned is a punky attitude with which the whole is presented. This is far from a punkrock song, yet I'd venture that the band doesn't mind listening to the music and take from it what spices I Idled. I had never heard of The Follies before. This is the kind of introduction one needs to be wanting to hear more. With 'Permanent Present Tense' around the corner, the wait will not be long.

Burial Ground. The Decemberists (feat. James Mercer)


Only a few weeks back I wondered if I was ever going to be hearing new music by The Decemberists. Only a few days later I ran into this single. It is quite some years since I heard new music, perhaps my bad, but well pre-Covid, I'd say. The time was used to sound familiar and yet different. Colin Meloy's voice is Colin Meloy's voice. There's no changing this factor. It is in the music and melody that I discern the change. Despite the title Burial Ground has a lightness, something I do not associate with The Decemberists. There is always a sense of darkness around most of its music. This is like a 1960s The Kinks single, with Dave Davies' rawking guitar replaced by a light-sounding one. Add Beatlesleque harmony and backing vocals and a trumpet solo and the sun is shining bright over the burial ground Meloy is inviting someone to meet. What a nice return to the record front for The Decemberists.

One For The Road. Scott Clay


One for the road was the name of the bar on a ship called Mississippi Lloyd. After its last voyage, that I sailed on from Rotterdam to London in 1978, to New Orleans, where else, the sign was always in the window of my parents' home. As first officer, my father had brought it home with him. Scott Clay's is a song worthy to have been played there and sung along to. His slow countryrock ballad has two sides, the slow moving pace with the wide ranging instruments that all have a distinct place in the mix, and that dark, brooding electric guitar, that sounds like an announced thunderstorm on the horizon. It sets a mood of resignedness for the deluge coming. There's nothing that can save Scott Clay now. The warm Hammond tries to soothe him, a mandoline urges him to leave, but there's always that guitar, like the lights keeping the rabbit caught. There's only one thing left to do, to take one for the road. I have to say that I simply like the two sides contained within One For The Road.

Floating On A Moment. Beth Gibbons


I have to admit that I had almost clicked the song away for the next one on this list. The song simply did not seem to get started and in a way it does not. In another way it does. There's a wealth of little details to discover and it simply makes the song blossom. Floating On A Moment opens itself in a very baroque way. The tempo remains slow with Beth Gibbons whisper singing over it. Instruments and voices are added to what is already being opened. Any form of beats and hop elements are missing, it's the trip that is contained in Floating On A Moment. The music that is Beth Gibbons and not her former band members'. This single is like a dream come true. The kind of song that carries the listener. I am reminded of what Lou Doillon and Charlotte Gainsbourg are producing in France. That dreamy stuff and the soft singing that these modern French sigh girls use, is here in abundance. Listening to the song again, more and more little sounds and melodies spring up, as if I do not have enough ears to catch them all. This is one intriguing song.

Rice. Slomosa


With Rice by Slomosa we move into rock territory. The band shares some heavy riffing with the world but all in support of a song that has a great vocal melody. Singer Ben Berdous is not necessarily a hardrock singer. I'd even venture that he could replace Morten of Aha if necessary. He stands his ground in Rice, don't worry. Slomosa is also from Norway. Bergen to be precise and in May will release its second album. Based on this single I'd say that lovers of some good old fashioned headbanging will love the fierce riff in between the verses. Call it desert rock, stoner or even grunge, whatever you like, Slomosa rocks in all the right ways.

Punch. Jello Biafra with Motorpsycho / Patrik Fitzgerald


A curious combination on a double sided single where on one side Patrik Fitzgerald plays his song Punch and on the other Motorpsycho plays it with Dead Kennedy's Jello Biafra on vocals. The Norwegian procgrockers have left the prog part at home when they entered the studio for this song. This is a rock song of quite some proportions. Motorpsycho is a trio that is always able to make itself at least twice as big than it is. Here the sound becomes huge and extremely broad. Biafra sings a little like John Lydon here and there, with a nice sneer in his voice. The combination works on Punch that much is clear. The band lets it all go and really rocks beyond the well thought out improvisations it is also capable of.

Patrick Fitzgerald's original version could not be more different. His performance is (closer to) spoken word than singing. That riff is there though. All the rest is so different. Weird sounds are all over the place and yet this is fun. The song is from the 1980s my guess is. Thank you for the introduction.

Know Your Religion. Garlands


Garlands are near veterans of this blog. With its new single, it once again manages to sound urgent in 2024 while giving a strong nod as far back as The Kinks of the 1960s. In other words, Know Your Religion has that pop feel and great harmony vocals Ray and Dave Davies were capable of at the time. (With Ray's then then wife Raisa often somewhere in the background as well.) Know Your Religion starts with a good chord progression on the guitar that caught my ear immediately and then the band comes in with a punch telling me to listen should I have wavered for a second. What Garlands is good at, is keeping its songs at lengths that were fashionable on 45s of the 1960s, catching pure pop prowess on vinyl. This song doesn't have anything that is extra. Pop, power, a catchy melody and a little bordering on psychedelia ending. A nice surprise in my Friday inbox indeed.

My Desire Is Pure. Halo Maud


Let us end this week with the single of a modern style sigh girl, who uses synths and modern beats, called My Desire Is Pure. I have no reason to doubt Halo Maud is full of the you she singing about. What is more interesting that everything around that desire is different, at times weird and fascinating. Whoever Halo Maud is, a singer with band, a band, just a singer or a dance producer?, I just do not know. What I like, is that nothing is what it seems here and the listener is challenged the whole time to accept the next weird sound, the change between French and English, the jolts of sounds that are not there to immediately please. Halo Maud is not afraid of taking a left turn a few times, without ending where it started. Is this my kind of music? No, not really, but I like it none the same. There's a little Portishead in here but not enough to not be Halo Maud. My Desire Is Pure dares to take a few risks and that pays off.

Wout de Natris

Friday, 23 February 2024

I'm Green. Mali Velasquez

De jonge Amerikaanse singer-songwriter Mali Velasquez verwerkt op haar debuutalbum I’m Green de dood van haar moeder en doet dit met ruwe songs, waarin haar emotievolle stem de hoofdrol speelt.

I’m Green van Mali Velasquez sneeuwde eerder dit jaar wat onder door het grote aanbod, maar het is een album dat zeker aandacht verdient. I’m Green krijgt hier en daar het label folkpop opgeplakt, maar ik hoor vooral ruwe songs, die ook flink tegen de indierock aan kunnen leunen. In muzikaal opzicht is I’m Green een aangenaam dynamisch album, maar de grootste kracht van het album schuilt in de zang van Mali Velasquez. De Amerikaanse muzikante heeft een emotievolle en soms wat onvaste stem, die direct aan Adrianne Lenker doet denken, maar die uiteindelijk toch vooral een eigen geluid heeft. De persoonlijke songs van de jonge Amerikaanse muzikante dringen zich al snel genadeloos op en worden alleen maar beter.

De Amerikaanse website Paste publiceerde een lijstje met de 30 beste debuutalbums van 2023. Het is een lijstje dat wat afwijkt van de reguliere jaarlijstjes, wat me een aantal interessante tips opleverde. Van de 30 albums besprak ik er overigens 11 op de krenten uit de pop en haalden er drie mijn eigen jaarlijstje. Tussen de 19 resterende albums vond ik er vijf die ik niet graag had gemist en deze vijf albums staan deze week centraal op de krenten uit de pop.

Ik begin met I’m Green van Mali Velasquez, dat ik eerder dit jaar, ondanks een tip van hetzelfde Paste, niet of hooguit heel kort heb beluisterd. Mali Velasquez is een jonge singer-songwriter, die via haar geboortegrond in Texas in Nashville, Tennessee, is terecht gekomen. Met I’m Green heeft de jonge muzikante een indringend debuutalbum afgeleverd. Het is een album dat in het teken staat van de dood van haar moeder en de periode van rouw die hier op volgde.

Paste omschrijft het album in de korte toelichting als folk-pop, maar met dit etiket vertel je echt maar een klein deel van het verhaal van het debuutalbum van Mali Velasquez. I’m Green opent met subtiele gitaarakkoorden en de stem van Mali Velasquez, maar de emotionele openingstrack van het album klinkt maar voor een deel folky. De gitaren klinken net wat ruwer dan gebruikelijk in de folk en ook de stem van Mali Velasquez is niet precies wat je verwacht op een folkalbum.

De Amerikaanse muzikante zingt met heel veel emotie en heeft een bijzondere en wat onvaste stem. Het is een stem die mij onmiddellijk deed denken aan die van Adrianne Lenker van Big Thief. Dat is helaas nog altijd een stem die gemengde reacties oproept, maar voor mij is de vergelijking met de Big Thief zangeres een groot compliment.

De openingstrack van I’m Green kleurt niet alleen in vocaal opzicht buiten de lijntjes, maar ontspoort uiteindelijk ook in muzikaal opzicht. Mali Velasquez verruilt de folk tijdelijk voor indiepop en indierock en dit doet ze veel vaker op haar debuutalbum. De muzikante uit Nashville schrijft aansprekende songs, die steeds de balans tussen ingetogen folky klanken en veel voller en steviger klinkende passages bewaken.

Het levert een dynamisch klinkend album op, dat aan de ene kant vertrouwd klinkt, maar dat toch ook een duidelijk eigen geluid laat horen. Zeker bij eerste beluisteringen van het album had ik heel veel associaties met de muziek van Big Thief en het solowerk van Adrianne Lenker, maar in muzikaal opzicht bewandelt Mali Velasquez op I’m Green ook duidelijk andere wegen. Soms kruipt ze dicht tegen Phoebe Bridgers aan, het volgende moment kiest ze toch weer voor meer roots georiënteerde gitaarmuziek, wat een veelzijdig album oplevert.

Het is uiteindelijk de emotievolle zang van Mali Velasquez die van I’m Green zo’n goed album maakt. De gelijkenis met de stem van Adrianne Lenker is bij mij steeds meer naar de achtergrond verdwenen, terwijl de intense zang van Mali Velasquez steeds harder binnen komt. Het debuutalbum van de singer-songwriter uit Nashville heeft volgens mij niet heel veel gedaan, maar I’m Green is een album dat veel te mooi en intens is om onder te sneeuwen. Mooi dus dat Paste het album nog eens onder de aandacht heeft gebracht, helaas net wat te laat voor mijn eigen jaarlijstje.

Erwin Zijleman


Je kunt I'm Green hier luisteren en bestellen:

https://malivelasquez.bandcamp.com/album/im-green

Thursday, 22 February 2024

Souvenir. Omni

Yesterday, we had the resurrected postpunk band The Jack Rubies on this blog. Today the fourth album of Atlanta, Georgia band Omni. This is the kind of album that is full of musical prickly pears, where you can seriously hurt your ears with. But just like U.K. band Field Music, Omni knows how to soften the pricklies with golden melodies. Coincidentally, Field Music announced its new album on the day I started writing this review.

Omni has not been on the blog before, so let me introduce the trio: Guitarist Frankie Broyles, singer/bassist Philip Frobos, and drummer Chris Yonker are responsible for what you can hear on Souvenir. What I noticed straight away, is how clear the album sounds. All instrumental parts are in their separate place with the vocals of Philip Frobos clearly mixed up front. It is that mix of prickly rock and the clarity of the music that put me on the Field Music trail.

With its music on Souvenir Omni stepped into a tradition of 1980 post punk bands like Gang of Four and has found a spot in a long list of new bands active in the late 2010s and early 2020s. In the Netherlands we have a whole host of bands excelling in this music, Global Charming and Tramhaus up front. It shows how popular this music is under young(er) musicians. Although the alternative rock scene is certainly a niche in 2024, like it was in 1980, the scene is vibrant and alive. Souvenir attests to this conclusion.

Promo photo: Gem Hale
What I, as the average-at-best guitarist I am, admire in this music and this certainly goes for Omni, is the atypical guitar notes, rhythms and accents that make up this music. I simply would not even know where to start, let alone sing the melodies over this, at first listen, anarchic music. It leaves me in awe of what I'm hearing.

Omni deserves this awe in abundance. Music that at first listen has nothing to do with pop music, at later sessions does give its pop elements free reign. The listener certainly has to work harder to discern them but they are hidden in between all the prickly pears. Give the songs a closer listen and even some familiar small parts come forward, recognisable as snippets from songs that came before Souvenir and found its way into Omni's songs.

Summing up, Souvenir for the average pop fan will be several steps too far. For the more adventurous pop lover there is so much to love. My advise? Put in the effort.

Wout de Natris


You can listen to and order Souvenir here:

https://omniatl.bandcamp.com/album/souvenir

Wednesday, 21 February 2024

Clocks Are Out Of Time. The Jack Rubies

For multiple murderers or multiple cloned versions of one murderer, Jack Ruby, who shot John F. Kennedy assassin Lee Harvey Oswald, The Jack Rubies sound rather conventional and in an alternative way quite pleasant.

Fact is, I'm listening to a resurrected band. The Jack Rubies started somewhere in the 1980s, released two albums and stopped like most bands are prone to do. Over three decades onwards the original members regrouped and release their third album with Big Stir, the label that releases many a gem by bands I would never have heard of were it not for Christina and Rex!

Clocks Are Out Of Time is such an album. With its nostalgic sound, it fits in the current musical zeitgeist with all its postpunk bands of the late 10s and 20s. I am not familiar with the two previous albums, but I would not be surprised if The Jack Rubies took off once again where they left off. Ian Wright (lead vocals and guitar), SD Ineson (backing vocals and guitar), Steve Brockway (bass), Lawrence Giltnane (percussion), and Peter Maxted (drums, and also the album's producer), play a 1980s style postpunk on the verge of melodic prowess and little stabs at the outer edges what is considered pop music.

Press photo
Should you ask me to compare the music, the first band coming to mind is The The, because of the softer, yet very pleasant voice of Ian Wright. He has that smooth kind of voice, yet easily can throw in a sneer here and there, like a real punk singer. Musically, many other band of the 1980s could be mentioned. I will let you fill in your own favourites. What has been left behind with the years, are the rougher edges. Now these were the edges that made me not like or at best three or four songs of, an album at the time. Clocks Are Out Of Time is not marred by this issue. It is simply very good. The fivesome has not forgotten how to play their instruments nor how to write a good song.

My guess is, that The Jack Rubies have seriously tried to make it 35 years ago but did not manage for whatever reason and now can return to music because they love creating it. On the basis of Clocks Are Out Of Time I would say that this has paid off. This is an album that deserves an audience of younger postpunk fans and of fans of old. Clocks Are Out Of Time contains enough excitement to seriously enjoy it, all the way.

Wout de Natris


You can listen to and order Clocks Are Out Of Time here:

https://bigstirrecords.bandcamp.com/album/clocks-are-out-of-time

Tuesday, 20 February 2024

Crazymad, For Me. CMAT

De Ierse muzikante Ciara Mary-Alice Thompson maakt op haar tweede album als CMAT nog wat meer indruk met haar eigenzinnige mix van pop en country, die niets te maken heeft met de countrypop uit Nashville.

De muziek van CMAT ontsnapte tot voor kort volledig aan mijn aandacht en dat is doodzonde. De Ierse muzikante leverde vorig jaar al een geweldig debuutalbum af, maar op het in de herfst van 2023 verschenen Crazymad, For Me ligt het niveau nog wat hoger. Het is de verdienste van het veelkleurige klankentapijt op het album en van de bijzondere stem van Ciara Mary-Alice Thompson en beiden worden steeds beter en interessanter. De muzikante uit Dublin schrijft bovendien geweldige songs. Het zijn songs vol humor, maar ondertussen vertelt CMAT ook persoonlijke verhalen. Crazymad, For Me dook op in meerdere jaarlijstjes en inmiddels begrijp ik waarom.

De muziek van de Ierse muzikante CMAT was mij tot dusver op een of andere manier ontgaan, maar nadat ik haar eerder dit jaar verschenen tweede album Crazymad, For Me tegen kwam in een aantal jaarlijstjes, ben ik op zijn minst geïntrigeerd door de muziek van de singer-songwriter uit Dublin. CMAT is het alter ego van Ciara Mary-Alice Thompson, die voordat ze vorig jaar haar debuutalbum If My Wife Knew I'd Be Dead uitbracht via bandcamp een aantal singles uitbracht.

Volgens haar bandcamp pagina woonde Ciara Mary-Alice Thompson destijds nog bij haar grootouders en probeerde ze te herstellen van een AliExpress verslaving. Volgens de recentere informatie op Spotify woont ze inmiddels op zichzelf, maar koopt ze nog altijd teveel spulletjes bij de Chinese webwinkel.

De Ierse muzikante ontwikkelde haar muzieksmaak naar verluidt via een streng dieet van traditionele country en moderne pop en dat zijn twee uitersten die nog steeds een belangrijke rol spelen in de muziek van CMAT. Haar debuutalbum liet zich naar eigen zeggen inspireren door zowel Dolly Parton als Katy Perry en dat zijn twee namen die ook zijn terug te horen op het eerder dit jaar verschenen Crazymad, For Me.

Ik heb sinds ik de muziek van CMAT ontdekte een enorm zwak voor If My Wife Knew I'd Be Dead gekregen, maar haar afgelopen herfst verschenen tweede album is nog een stuk beter. CMAT laat zich zoals gezegd inspireren door country en pop en dat is een combinatie van invloeden die ik wekelijks tegen kom. Het maakt echter nogal wat uit of country en pop worden vermengd in Nashville, Tennessee, of in het Ierse Dublin of de studio in Noorwegen waar het album werd opgenomen. Crazymad, For Me klinkt namelijk geen moment als de countrypop die in Nashville wordt gemaakt.

De muziek van CMAT zou ik zelf vooral omschrijven als pop met een country feel en dat is een combinatie die opvallend goed werkt. Crazymad, For Me is een conceptalbum over een traumatische relatie die wordt verwerkt via een mislukte trip met een tijdmachine. CMAT heeft er een heel verhaal van gemaakt, maar ze vertolkt haar songs met zoveel gevoel dat het album wel autobiografisch moet zijn.

CMAT laat op haar tweede album, nog meer dan op haar debuutalbum, horen dat ze aanstekelijke en interessante songs schrijft. Crazymad, For Me laat zich beluisteren als een toegankelijk popalbum, maar het is wel een popalbum dat anders klinkt dan alle andere popalbums van het moment. CMAT heeft af en toe wat van Adele, Lily Allen en Kate Nash, maar laat zich in haar songs meer inspireren door de singer-songwriters uit Nashville dan door de makers van Britse pop.

Het is in eerste instantie vooral de kwaliteit van de songs die van Crazymad, For Me zo’n goed album maakt. In muzikaal opzicht klinkt het album bij beluistering vooral aangenaam, terwijl de zang van Ciara Mary-Alice Thompson niet opvallend mooi is, maar wel steeds de juiste snaar weet te raken. Zowel de muziek als de zang op het album worden overigens wel beter en interessanter wanneer je het album vaker hoort.

Het komt allemaal samen in het prachtige Where Are Your Kids Tonight?, een duet met John Grant, het prijsnummer op een album dat ik over het hoofd zag, maar dat inderdaad absoluut jaarlijstjeswaardig is. En ik ben echt nog lang niet klaar met dit album.

Erwin Zijleman

Monday, 19 February 2024

On An Island. Sivert Høyem

Sivert Høyem has a voice like a very nice sun tan, golden brown and smooth. Ever since I encountered 'Industrial Silence' in the very early 2000s, I have followed his career and after the surprise of the first Madrugada album in well over a decade in 2022, in early 2024 he present a new solo album, On An Island. I hear that Høyem knows exactly how to make his voice shine but this does not alter in any way my pleasure of listening to it. Some things are too beautiful to ignore.

On On An Island his music is exactly how I want it to be. Slow, silent, with an eruption here or there, mysterious and that closed up feeling one has in heavy snowfall, when everything sounds different. Sivert Høyem delivers once again, is the short version of this review.

With a voice that is so distinctive, it is hard to distinguish between his solo work and that band. It is possible to make some. His solo music is at the same time less as it is more dramatic. Less, because the guitar work is somewhat less prominent and more because he lays the emotions on a a far more subtle inway. Of course, you will hear a lead guitar drenched in reverb, the slowest surf rock you've ever heard. The cooled down, Norwegian winter emotions are all in his voice.

The album opens with the title song. If there ever was an album where a feeling of relaxation was shared, it is in this opening track. Høyem may want to go to an island, the invitation seems to stand only when there's a will to hand-peddle there, certainly no motorised travel involved here. The music is almost anecdotal, so isolated and slow, with huge silences, apart from this a bit annoying drone that is quite prominent in those silences (unless this is a Spotify extra, which seems more likely). It is the voice, reaching for higher notes, that stands central.

Next, a dark guitar and drums and bass come. Still slow, a real ballad, over which Sivert sings just over the rhythm section in the first verse. 'Two Green Feathers' is a highlight of On An Island. When I close my eyes, the band is in my living room. The sound so clear. Again the distinction is clear. The band is accompanying the singer and not playing with the singer. The accompaniment is of enormous beauty by the way. The ocean he sings about, is one to drown in gladly. 'Two Green Feathers' is a song to disappear in to never return. I am simply in awe.

On An Island manages to keep that level of quality and engagement. One song may be more present than the next, softer or a little louder or more intense, they all have that Høyem touch. And yet, and I have few of his solo albums, On An Island is the closest a solo album has come to the mothership so far. Maybe because of 'Chimes At Midnight' Sivert Høyem has set aside his Madrugada inhibitions and does what he is best at: creating dark, brooding, yet extremely beautiful melancholy music. I offer you to listen to how 'In The Beginning' plays out.

Over the album there are several musical surprises within the well-known context. There are things that only time can tell, but I am of the opinion that On An Island surpasses 'Chimes At Midnight' and may grow into my favourite Sivert Høyem album over time. Pretty soon I will have it in the home for sure and start my true relationship with it.

Wout de Natris

Sunday, 18 February 2024

2024. Week 7, 10 singles

Nancy & Lee still record and release new songs, folks. Granted, under a different name. Yet such a beautiful song it is. The first song here is not the only one deserving the moniker beautiful you'll find. There's quite a few of them. In fact, the noisy stuff is the exception this week. Week 7's singles overview is one to relax and just listen to what is on offer, so, enjoy!

Aphrodite. Donna Blue

Yes, Donna Blue has done it once again. Aphrodite is a strong song of romance and beauty. I do not have to beat around the bush. Aphrodite is 2024's 'Some Velvet Morning' with Phaedra replaced by the goddess Aphrodite. Danique and Bart are Nancy and Lee more then ever before. Musically the song is totally psychedelic and 1960s. The twang guitar is propelling the song forward and the farfisa organ is totally out there. What is noticeable as well is the lush arrangement of the song. The usually rather straightforward production is certainly left behind here. This brings Donna Blue extremely close to the original if not on par. As far as I'm concerned the duo has a classic on its hands.

Blijf Voor Goed Bij Mij. Winston

Met Blijf Voor Goed Bij Mij geeft Winston, oftewel Simon Alice René, zichzelf helemaal bloot en komt, jaren na het schoolplein van zijn jeugd, uit de kast als Queen-fan. Raar om te bedenken dat het in de jaren 70 heel cool was om Queen fan te zijn. Toch is Blijf Voor Goed Bij Mij een raar geval. Het begint als een nummer dat ik eerder aan Will Tura of Clouseau zou toeschrijven dan aan Winston, of Queen wat dat betreft, maar dat verandert zeker. Van Vlaams naar Engels en later terug. De Bryan May stijl gitaar komt er bij en een enorme gelaagdheid aan samenzang. Het intro heeft dat al weggegeven natuurlijk. Dieper luisteren dan de eerste indruk, maakt meer duidelijk. Langzaam maar zeker komt het beeld naar voren van een grootse song, van een zanger die ver boven zijn league speelt en slaagt, zoals soms een sporter of muzikant op latere leeftijd toch doorbreekt. Welbeschouwd blijft dit een raar nummer, maar zo ontzettend goed om naar te luisteren. De samenzang is zonder meer prachtig. Queen, 'God Only Knows' en 'Because' all in one. Goed gedaan, Winston!

Big Love. Camera Obscura

"It was a big love she said. That's why it took her ten years to get her out off your head", singer Tracyanne Campbell sings at the start of the first song her band Camera Obscura released in over ten years. The song has a country flavour, some pop and some indie overtones. It's a kind of song that makes a person feel good, nearly instantly. It is in the positive way of singing, the great keyboard part, the pedal steel guitar and that little ah ha sequence near the end. Sometimes life itself is caught in a single of three minutes and Big Love is one of those songs. Although the song is about having to say goodbye, for good, it has caught the positive side of a new start and not the sad ending. There is some melancholy in the singing, surely, but what remains for the listener is a feeling of joy. I had never heard of this band before, as far as I'm aware, but this introduction certainly tastes like more. That more is released on 3 May, and is called 'Look to the East, Look to the West'.

Gadfly Groove. James Clarke Five

James Clarke Five is a solo project and surely a pun on 60s hitmakers Dave Clark Five. Musically the two have nothing in common. Gadfly Groove is an outing in the Madchester sound from around 1990. The rhythm is Rani all over. The music is less exciting but surely groovy. James Hughes, who makes up James Clarke Five, is from a generation of U.K. musicians before Madchester. He was in a Liverpool band called The Cherry Boys in the early 80s as keyboardist and singer at the time of bands like Echo and the Bunnymen. This dark doomladen music is not exactly missing on Gadfly Groove but not dominant. The groove reminds me of the Rolling Stones' 'Shattered' and as said the 1990 bands. In his aloof way of singing and that rhythm a little psychedelia slips in. This puts Gadfly Groove in a musical format that is from the past and that is exactly what James Hughes intends. At least, that is my best guest.

Hideous EP. Hideous

"Hideous Hideous Hideous" singer Guillaume Lamont signs underscoring the fact that his band put itself in a list of acts the managed to name a song, album and band name identically. The title song is the kind that is like a peat fire. It may seem to be extinguished but underground it can continue unnoticed, to surface somewhere else. That guitar is there as a bellwether playing its simple riff and rhythm. It lays down a mysterious groove that does not give anything away of what could happen further on. Except for the tempo that is. That under the surface tension explodes right in the face of the curious onlooker. All sorts of mysterious sounds move in and out during the song. This makes Hideous an extremely exciting song, no matter how hideous the person sung about may be. The changes give the alternative rocker a sympho/prog vibe, until we return to that ominous guitar. Hideous, the band, is a four piece of members who, of course, this is Belgium, play in at least two other bands. On this blog you may have encountered Tim Leyman of Ramkot. There are four more songs on this EP. Based on the opening song it must be worthwhile to continue listening.

The French Major. Broken Hearts Are Blue

Formed in Kalamazoo in 1995, disbanded somewhere and regrouped in 2018 as an online band, Broken Hearts Are Blue will release its third record since then soon, making up for lost time fast. The French Major is a dark and sluggish song. Every next beat seems to be made only after a major effort. The result is a song that is interesting to follow. Rocking loud it gives time for pause anyway. Ryan Gage sings just as slow, making up words, even individual syllables, no longer than strictly needed. The result is a massive song. The drums, bass and guitar all are spot on, but above all loud, with a lead guitar that can be placed in the Dinosaur Jr heritage. I do not need an album like this but as single, thank you!

Sweet Light. The Hanging Girls

I have no clue who The Hanging Stars are, nor how they made it to this list but here they are and sound like a million acts somewhere in between country, Americana, light rock and singer-songwriter. In the video we see a pub scene with the band playing to an uninterested but not unpleasant audience. A band that is invited to play on a Sunday afternoon while the visitors do their thing in the pub. In the meantime, almost sneaky, The Hanging Girls (all men) play the stars out of heaven. Sweet Light is a beautiful song, where the softly played instruments all go for pop perfection without being obtrusive and the singing certainly matches the best harmonies The Jayhawks went for on 'Hollywood Town Hall'. In short, this band knows exactly what it is doing, defying the easy-going circumstances of the video. The Hanging Girls will be able to fill venues with people who will listen with ease.

Jimmy. Brume

People from all around the world move to San Francisco and the Bay Area to work. (Where have all the flowers gone? Long time passing alright.) Some meet there and start making music. This is the story of Brume that started in 2014 when guitarist Jamie McCathie met bass player and vocalist Susie McMullan. Soon drummer Jordan Perkins-Lewis joined and the trio went on to record two records. For album number three, 'Marten' out on 3 May, Jackie Perez Gratz on cello and vocals was added to the trio and this changed the sound of the doom goths no little. Jimmy is a fairly slow song that changes between soft, almost power ballad vibes to a huge sound where all are pounding away on their instruments. Beware, in a melodic way, from a melody. McMullan lays down a big vocal over it all, sharing her anguish with the world. In the outro it is Perez Gratz who gets the spotlight on her playing, ending the song in sheer melancholy and perhaps even shock of what came before.

Gypsy Girl. Other Brother Darryl

You have just heard (or read about) The Hanging Girls. Other Brother Darryl from Boston is in that league. The band may have a warm Hammond organ instead of a pedal steel guitar in its line up, the idea and mood is certainly akin. In the fall of last year the band debuted on this blog with the beautiful single 'Drive'. And now there's an album in the making as well, called 'Roll Shine Roll'. Anyone loving songs like 'One Of These Nights' or 'Our House' will find their way to this song and band. There's no hurry of any kind. The band takes its time to make its point musically and vocally. The duo vocals are laid on even thicker in the places where extra points for vocality are found in the song. The same goes for an extra note on the instruments. Just listen to that acoustic slide part! Other Brother Darryl's music has nothing to do with 2024 but everything with the 1970s. We need new bands that continue and create new music at that level. Other Brother Darryl does, so cherish it.

Same Water. The Secret Sisters

I had all but forgotten The Secret Sisters. Somewhere before the pandemic I saw them play a nice and intimate show at the top floor venue of Paradiso in Amsterdam and certainly enjoyed their album 'Saturn Returns'. And then they disappeared in that huge vault of music from the past. On 29 March the sisters, Laura Rogers and Lydia Slagle, will release their new album 'Mind, Man, Medicine'. And judging Same Water it will be worthwhile to check it out. Same Water is the kind of singer-songwriter ballad that envelopes the listener like a bath filled with just right warmed water. Their voices weave themselves around each other, where Laura is in the lead and Lydia supporting. Around them a great band is playing that knows exactly how to create this mood, creating a song that is in essence a song that we have heard thousands of times and yet, this extra one is the one the world needs right now. Like I wrote, a warm bath this Same Water is.

Wout de Natris

 

Saturday, 17 February 2024

Blueprints. Labasheeda

De Amsterdamse band Labasheeda heeft met Blueprints een werkelijk geweldig album afgeleverd, dat stekelige rocksongs combineert met nogal uiteenlopende invloeden, avontuurlijke klanken en gedreven zang.

Labasheeda draait inmiddels al een tijdje mee, maar met het onlangs verschenen Blueprints kan de band uit Amsterdam wel eens flinke stappen gaan zetten. Op haar nieuwe album combineert Labasheeda invloeden uit de postpunk en indierock, maar door de bijzondere bijdragen van bijvoorbeeld de viool past de band in geen enkel hokje. De songs van Labasheeda liggen lekker in het gehoor, maar de band kiest nergens voor de makkelijkste weg, wat een spannend album oplevert, dat nog wat verder wordt opgetild door de uitstekende zang. Zonder het verleden van Labasheeda tekort te doen, durf ik wel te stellen dat Nederland er dankzij Blueprints van Labasheeda een geweldige indieband bij heeft.

Labasheeda is een Amsterdamse band, die volgend jaar twintig jaar bestaat. De band rond Saskia van der Giessen maakte in die twintig jaar een handvol albums en een aantal EP’s, die volgens mij niet overdreven veel aandacht hebben gekregen. Zelf krijg ik inmiddels al een aantal jaren de nieuwe muziek van de band toegestuurd, maar eerlijkheid gebied me te zeggen dat ik er tot voor kort hooguit met een half oor naar had geluisterd.

Dat had niet zoveel te maken met de kwaliteit van de muziek van de Nederlandse band, maar alles met het grote aanbod en een chronisch gebrek aan tijd. Vorige week leek ook het nieuwe album van Labasheeda bij mij tussen wal en schip te vallen, maar toen ik eindelijk de tijd nam om naar het album te luisteren, raakte ik snel geïnteresseerd in het zesde album van de Amsterdamse band.

Labasheeda noemde zichzelf in het verleden een punkband en heeft inmiddels de etiketten artpunk en noiserock op haar muziek geplakt. Hiermee zetten ze potentiële luisteraars wat op het verkeerde been en doen ze zichzelf tekort. Als ik luister naar het nieuwe album Blueprints hoor ik veel meer dan artpunk en noiserock en hoor ik bovendien dat Labasheeda er in is geslaagd om een bijzonder en eigenzinnig eigen geluid te creëren.

De Amsterdamse band heeft zich op Blueprints door van alles laten inspireren en, meer dan op de vorige albums van de band, die ik vluchtig heb beluisterd, valt alles op zijn plek. Het album opent met fraaie baslijnen en bijzondere percussie, waarna staccato gitaren, een bijzonder klinkende viool en de zang van Saskia van der Giessen opduiken. De openingstrack van Blueprints kan met een beetje fantasie nog wel in het hokje postpunk worden gedrongen, maar het is door de vioolbijdragen van Saskia van der Giessen en de tempowisselingen in de track wel hele bijzondere postpunk.

In de tweede track worden de gitaarriffs wat zwaarder aangezet en begrijp ik het label noiserock, tot de track weer een andere kant op gaat door bijzondere pianoklanken en de gedreven vocalen. Labasheeda klinkt opeens als Sleater-Kinney voordat het een verkeerde afslag nam en dat is wat mij betreft een groot compliment.

Labasheeda bestaat inmiddels bijna twintig jaar en dat hoor je. Saskia van der Giessen (zang, gitaar, viool, viola, piano), Arne Wolfswinkel (gitaar, bas, piano) en Bas Snabilie (drums, marimba, synthesizer, percussie) hebben niet alleen flink wat instrumenten toegevoegd aan het geluid van Labasheeda, maar spelen ook strak en fantasierijk. Met de bovenstaande instrumenten zijn we er overigens nog niet, want gastmuzikanten voegen onder andere cello, viool en bas toe aan het geluid van Labasheeda.

Het knappe van Blueprints is dat Labasheeda aan de ene kant uit de voeten kan met compacte en aangenaam stekelige rocksongs, maar dat aan de andere kant een bijzondere en meestal eigenzinnige wending nooit ver weg is. Het zesde album van de Amsterdamse band verleidt makkelijk, maar laat pas hierna horen hoe goed het werkelijk is.

Labasheeda is een heerlijk eigenwijs indierock album van een soort waarvan er in 2023 veel te weinig zijn gemaakt. Ik heb het idee dat een album als Blueprints goud zou zijn in handen van een Amerikaanse indieband, maar waarom zou een platform als Pitchfork geen album van een Amsterdamse band op kunnen pikken. Ik moet de rest van het oeuvre van Labasheeda nog goed gaan ontdekken, maar Blueprints is echt een fantastisch album in een overigens prachtig jaar voor de Nederlandse popmuziek.

Erwin Zijleman


Je kunt Blueprints hier luisteren en bestellen:

https://labasheeda.bandcamp.com/album/blueprints

Friday, 16 February 2024

The Pendulum Swing. Katherine Priddy

"Sing me to sleep", Katherine Priddy sings in 'A Boat On The River' and believe me people, The Pendulum Swing is an album to fall asleep with. Mind, not because of. I mean this in the most positive way, as this album is so relaxing that it may be a delight to have on a headset before falling asleep. Admittedly, not something I have done since adolescence.

Katherine Priddy is on the U.K. folk scene since 2018 and has made an impression with her first album 'The Eternal Rocks Beneath' and the previous EP 'Wolf'. Not on me. The Pendulum Swing is my debut album by the singer-songwriter. What is so incredibly pleasant, is there is nothing new on this album. It is simply so pleasant to listen to. Starting with Katherine Priddy's voice. It wraps itself around my ears and whispers in them, with soft and soothing tones.

This is Katherine Priddy's album all the way. Her voice is what comes first. It is mixed firmly in front of all the instruments. This makes it the first thing I notice when I put on The Pendulum Swing. That voice, the impression it makes. Of course, the songs are more than okay. Otherwise I would not have been listening and again to the album.

For this album she worked again with producer Simon J Weaver. He brought together a nice set of musicians who accompany her and make her songs shine. No doubt, a set of professionals that lay down a track near instantly. All of them playing at the service of Katherine Priddy, making her shine.

The result is a mix of U.K. folk, with modern tempos and a little pop in the vocal melodies. This music could not have been made in 1970 by Fairport Convention, Nick Drake or Steeleye Span, for that it is far too modern in sound. Meet the musical granddaughter of these acts from way back. She has successfully translated their music to the 2020s.

As a wrote, do not expect to meet earth-shattering new insights, do prepare to meet elegant beauty, as it is found in abundance on The Pendulum Swing.

(And, Cooking Vinyl, if you like this so much, start giving a listen to Dublin's Jane Willow! She deserves it.)

Wout de Natris


You can listen to and order the album here:

https://katherinepriddy.bandcamp.com/album/the-pendulum-swing

Thursday, 15 February 2024

Let The World Burn Down. The Devils

Brace yourselves, dear readers. We are going all the way with the new The Devils album, Let The World Burn Down. Not from an environmental point of view, where the most pessimistic voices predict this outcomes for humanity and the globe as a whole. No, were talking rock and roll of the dirtiest kind.

Only yesterday I posted on an album that needed very little words. Today I offer another. Again an album that just goes and goes and as you'll find out listening to it then some more, with drummer and singer Erika Switchblade begging, screaming, pulling and raving for that little extra.

The words energy and enthusiasm should suffice where Let The World Burn Down is concerned. Because brevity does not help informing the reader, I will elaborate a little. The Devils is an alternative rock band with elements from punk and garage rock. Dirt and sleaze certainly play an important part as well. Neapolitan duo, also Gianni Blacula, The Devils knows where the best in this genre comes from and extrapolates that into the best on offer with a little help from musician Alain Johannes (QOTSA).

Photo: Jessica Calvo
The Black Keys, The White Stripes, big city electric blues, you will all find it in here but most of all this is The Devils. In 'Roar II' the duo, really, really lets it rip. The interlude is only logical. No one can keep up. Players, listeners, audience. It is far from over though when silence descends. You'll find out. 'Shake 'em' only starts then. This garage-surf rocker at least has the same level of energy. Man, this is some ugly shit. But once again, so extremely good.

In some songs the reference to better known acts shimmer through a bit too obvious. I don't care at all. This is too good to object to. Cari Cari from Vienna (and wherever the duo decides to reside for a while) has this vibe as well, but is child's play compared to The Devils. By this time steam is coming out of my ears from brain overload. The Devils rock and no little, but I guess you've gathered that already.

Wout de Natris


You can listen to and order Let The World Burn Down here:

https://thedevilsduo.bandcamp.com/album/let-the-world-burn-down

Wednesday, 14 February 2024

The Sleeveens. The Sleeveens

There are records that really do not need more than a few words. The Sleeveens is that kind of record. From the very first opening riff the band takes off and does not land until the very end. Punkrock from beginning to end is what The Sleeveens is all about. Old school style to boot.

The Sleeveens are too young to have played it at the time of The Undertones, The Ramones, etc., etc. The band's members are certainly old enough to truly appreciate the music and wanting to play it in the 2020s. The Nashville (!?) band consists of Stef Murphy who met Stiff Little Fingers' guitar tech Jamie Mechan and decided to write some songs together. This went so well, that the two decided to form a band. With drummer Ryan Sweeney and Eli Steele on board, they called themselves The Sleeveens, an Irish term for a trixter.

There's nothing tricky about The Sleeveens though. The band's music is as straightforward as you can get. With one feet put well in the past and the other in the pool where enthusiasm and energy is found, the band truly goes for it. From opener and the band's first single, 'Give My Regards To The Dancing Girls' to closing song 'Paulie Says' you will find the real thing. Throw in a cover of Northern Ireland''s finest The Undertones, 'Get Over You', and what can go wrong? Truly nothing. The Sleeveens deserve a major breakthrough. It's a long time since I had this much fun with a (post)punk album.

Wout de Natris

https://dirtnaprecords.bandcamp.com/album/the-sleeveens-s-t