Als ik eerlijk
ben, dan schrijf ik hier dat ik niet verwacht had ooit nog de moeite te nemen
een Sinead O’Connor album af te luisteren. Eigenlijk was ik al afgehaakt meteen na
haar grootste hit, de Prince cover ‘Nothing compares to you’. Het album waarop het nummer staat heb ik niet
geluisterd.
In 1988 kocht ik mijn eerste cd speler. Met het geld vanwege een
gedwongen verhuizing. Ik had geld voor drie cds over. Een was ‘Freak out’ van
Frank Zappa & the Mothers of Invention, de tweede weet ik niet meer en de
derde ‘The lion and the cobra’. ‘Troy’ was net een grote hit, ‘Mandinka’ volgde
al snel. De schandalen rond de pausfoto, de tranen op het “Bobfest” en de
manier van dwangmatig aandacht trekken zag ik van grote afstand aan. Ik zag een
zangeres haar carrière ten gronde richten en met succes.
En toen kwam in 2012
bij toeval haar nieuwe album in mijn oor terecht. Sommige dingen zijn nu eenmaal onvermijdelijk, dacht ik, maar dat ik
hem nu al een aantal keren met veel plezier draai, verbaast mijzelf niet in het
minst. O'Connor's stem is duidelijk doorleefder. In ‘Reason with me’ en ‘Queen of
Denmark’ klinkt ze zelfs als een Marianne Faithfull light. Ze zingt ook anders, meer
ingetogen. De overdreven snik of het gehijg (zij van The Cranberries kan dat ook
zo goed, ehh slecht) is uit haar stem verdwenen. Ze stoot me niet langer af, hetgeen maakt dat ik tot de schoonheid
doordring die zeker op How about me … staat.
Producer John Reynolds heeft zorg
gedragen voor een gevarieerd geluid. Een aantrekkelijk palet van
gedragen ballads en lichte rockers. Zelfs een song als ‘Take off your shoes’ dat
al snel een soort non-song dreigt te worden en dan haak ik meestal snel af,
krijgt op tijd een stukje peper mee. In de single ‘The wolf is getting married', zit
heerlijk gitaarspel, maar het blijft Sinead waar het om draait. Haar stem ligt fier
boven op de begeleiders gemixt. Ik merk overigens dat ik helemaal weg ben van de
gitaarlijn in het refrein. Heerlijk versierend en kleur gevend.
How about me … klinkt als een vrouw die
door schade en schande wijs geworden is en terug kijkt op haar leven, maar
tevens helder het heden aanschouwt. Het waardeert voor wat het is. Het fraai opgebouwde ‘Back where you belong’ lijkt
daar van te getuigen. Daar krijgt iemand, een vriend, een zoon?, een les mee,
die zij zelf al geleerd heeft. Ik ga niet met je mee, doe wat je moet doen, zegt zij en blijft, duidelijk ontdaan achter.
John Grant
krijgt wat extra aandacht omdat de titelsong van zijn cd uit 2010 ‘Queen of
Denmark’ wordt gecoverd, de cd die Grant opnam met de band Midlake. Op het
einde van de plaat trakteert O’Connor de luisteraar eerst op een van alle franje ontdane gospelsong 'V.I.P.', die overgaat in een gefluisterde preek,
waarin zij haar mening over georganiseerde religie even ten beste geeft. Als u
echt geduld heeft, hoort u zelfs gelach.
Al met al ben ik blij verrast door
deze plaat. Het leven is een stuk leuker als ik geregeld verrast wordt. Sinead heeft me dat stukje plezier geschonken, waarvoor dank en waarvan bij deze kond.
Wo.
No comments:
Post a Comment