Je kunt hier luisteren naar 'Hammer'.
Hoewel het qua leeftijd best had gekund, heb ik de eerste perikelen (1983) van Claw Boys Claw niet bewust meegemaakt. De eerste cd die ik geprobeerd heb grijs te draaien is Pajama day, uitgebracht in 2008. Daar zit dus wel even 25 jaar tussen. En wie ben ik dan eigenlijk om een recensie te schrijven over deze band. Welnu, ik mocht een optreden bijwonen in Paradiso op 31 Mei 2013. Waar overigens bleek dat het schrijven van een recensie nog linke soep kan zijn. Na enkele nummers haalde zanger Peter te Bos een recensie aan waarin ten onrechte werd vermeld dat het optreden in Paradiso het laatste optreden van de tour zou zijn, maarrrr….er komen nog meer ‘gigs’ tot ergens in het najaar. Én dat een nummer van Hammer werd toegeschreven aan een eerder album. Opletten dus wat er op papier komt.
Maar laat ik even
beginnen met het voorprogramma: Blackboxred, een verrassend duo: dame/heer;
gitaar, keyboard, zang / drums. Pittig en ritmisch. Klonk regelmatig als
complete band, knap dus.
Daarna de band
waar ik voor kom, Claw Boys Claw: Peter te Bos zang, frontman, in pak, rood
overhemd, ruige kop (62, wat wil je); John Cameron, gitarist van het eerste
uur, serieus uitziende krullenbol; Marcus Bruystens basgitaar, vanaf 2007 bij
de band en dus stukje jonger, Jeroen Kleijn drums zeer recent bij de band. Overigens
heb ik de mannen ook een keer mogen aanschouwen bij Werfpop, niet in het van
der Werfpark maar in het Leidse Hout, ook alweer poosje terug: 2008, kennelijk
nog met Marc Lamb op drums.
Het optreden in
Paradiso had een mooi begin: Monkey one,
één van de nummers die mij het meeste aanspreken op de nieuwste cd ‘Hammer’.
Start met een heerlijk stukje percussie….Ik heb het niet helemaal afgeturfd ,
maar volgens mij zijn bijna alle nummers van ‘Hammer’ gespeeld, geweldig (voor
mij, want ik vind het een erg goede cd). Jammer genoeg geen nummers van Pajama
Day…..jammer (voor mij, want ..…).
De sfeer zat er
snel goed in, heren op leeftijd in een mosh pit voor het podium. Peter te Bos
is een entertainer in hart en nieren. Ondanks enige stramheid en massiviteit
zal ik maar zeggen, gebruikt hij niet alleen het hele podium, maar waagt zich
ook de zaal in. Met het snoer van zijn microfoon als een life-line omhoog
gehouden door zijn fans, waagt hij zich tot achterin de zaal onderweg mensen
omhelzend en handen schuddend. Ook bassist Marcus gaat het publiek in, crowd
surfend gevolgd door Cameron, leuk om te zien. Ondertussen neemt Te Bos de
zijingang naast het podium, de klim omhoog is kennelijk wat teveel van het
goede.
Dat het er
gemoedelijk aan toe gaat blijkt wanneer twee dames het podium beklimmen,
kennelijk voor vrijwillige backing vocals, en er dus geen security op af stuift,
maar Peter de dames toezingt, door de knieën gaat, wat zeg ik: letterlijk plat
gaat en een damesschoen op zijn ribbenkast geplaatst krijgt. Even later is hij
deze vrouwelijke aanbidders kwijt,
vraagt waar ze zijn: verdwaald in de coulissen waar kennelijk geen deur was en
ze worden alsnog het podium afgeholpen.
Het publiek op de
balkons wordt ook niet vergeten, een swingende dame wordt gevraagd waarom haar
vriendin niet meedoet (was niet leuk zeker, even later zijn ze weg) en het
balkon aan de andere zijde krijgt een microfoon toegeworpen om een stukje mee
te zingen.
Ik was overigens
onder de indruk van het volume van de stem van Peter, op de één of andere
manier is hij grappig om te zien, die grote mond, wijd geopend voor een
maximaal volume.
Uiteindelijk lijkt
het programma afgelopen, de heren verdwijnen onder luid applaus van het podium,
komen (uiteraard) terug en gaan dan nog even een half uur los met ouder werk. Ik
herken Locomotive breath (Tull fan hè), So Mean en Dracula....de zaal gaat zo
mogelijk nog verder uit z’n dak.
Mooie avond, ik
denk er met plezier aan terug.
Er rest mij wel
één vraag: Is het toeval dat het logo van Claw boys claw me doet denken aan
Dolfje Weerwolfje?
Of is er ergens
een link?
No comments:
Post a Comment