De
lucht als ruit naar de eeuwige duisternis. Zo zag Tommy Cley het door zijn
telescoop. Al in zijn vroegste jeugd was Tommy geobsedeerd door de vuurtoren.
Elke keer als hij met zijn ouders naar het strand ging, moest hij vlakbij de
vuurtoren zitten. Op een dag vlak voor zijn vertrek uit zijn ouderlijk huis las
hij een advertentie dat de vuurtoren te koop stond. Een jeugddroom ontwaakte in
werkelijkheid. Al tientallen jaren is het zijn domicilie, de vuurtoren. Vanuit
hier werkt hij als filosoof en bestudeert hij het immense universum. Het dorp
waar hij woont, is inmiddels volledig ontrokken aan de mens. Onbewoonde huizen
in een voormalige woonwijk en braakliggend land waar een winkelcentrum was
gelegen. Wat voordelen had, de natuurlijke rust is er voor teruggekomen. Voor
boodschappen en allerlei andere benodigdheden moest Tommy naar de stad. Lange
wandelingen maakt hij geregeld langs de vloedlijn als hij nog een laatste ronde
doet, voordat hij bovenin de vuurtoren, achter het raam zijn warme maaltijd
nuttigt en in de verte enkele schepen voorbij ziet komen. Zijn onderzoek, De Reflectie Van Onze Geest, was voor hem
een lastig vraagstuk. Voorheen had hij wel een gedachtegang hoe de menselijke
geest zich vertoonde tegenover de gehele schepping. Maar sinds hij enkele jaren
terug, vier weken in coma was geraakt, had hij visioenen ontvangen die hij
nooit zonder deze comateuze toestand de zichtbare werkelijkheid zou kunnen
begrijpen. Zijn onderzoek begon met dartpijlen die hij op een sterrenkaart
gooide. Als dan alle drie de pijlen een hemellichaam hadden getroffen ging hij
die met zijn sterrenkijker nader bestuderen. Immers wist hij dat toeval niet
kon bestaan. Dat dit uitsluitend te maken heeft met ernstige tekortkomingen in
de verhouding tot ons denk gedrag en verwachtingspatroon. Inmiddels is zijn
werk in een laatste fase. Over enkele dagen de voltooiing van zijn onderzoek en
zou de Nobelprijs hem niet kunnen ontgaan, wist hij. Deze nacht zou er iets
opmerkelijks en volkomen onverwacht in het leven van deze onderzoeker
verschijnen. Tommy Cley, is deze avond vermoeid. Na lange dagen achtereen gewerkt
te hebben zonder geslapen te hebben, is hij vroeg naar bed gegaan. Zelfs het
bord en bestek en de lege drinkbeker is ongewassen op de eettafel achtergelaten.
Door het openstaande raam, bladert de wind het boek met zijn onderzoek door. Een
slagregen zorgt dat de nog vochtige inkt van de kroontjespen het laatste
hoofdstuk met alle conclusies in zwarte bladzijdes inkleurt. Tommy Cley droomt
ondertussen van een ontvangst van de Nobelprijs.
Marcel R. van der Kwaak
Heel beeldend, Marcel. Ik zie het gebeuren.
ReplyDeleteWo