Friday, 31 October 2025

Bowie for Dummies #40

Four months after the previous incarnation of the best read post by far on this blog, it's time for a new version. Chances are that there is a lot of new stuff to be discovered there. This is the 40th version since we published the first one on 8 January 2017. In this post you find all Tineke Guise's explorations on Bowie on the Internet with the links to music, clips, news, and what not.

Here is the link to the original but updated post where all is revealed:

https://wonomagazine.blogspot.com/2017/01/bowie-for-dummies.html


Wednesday, 29 October 2025

The Great Vacation. Johan(2)

Na zes jaar wachten en maanden regen was het wel weer eens tijd voor een nieuw album van JOHAN en de band stelt wederom niet teleur met een deels vertrouwd maar ook deels nieuw geluid vol zonnestralen.

Lange tijd leek het er op dat er geen zesde album van JOHAN zou komen, maar na lang wachten is deze week The Great Vacation verschenen. Het is een album waarop JOHAN nog altijd eindeloos vermaakt met heerlijk melodieuze en tijdloze popsongs, maar de Nederlandse band laat zich dit keer breder beïnvloeden, zonder dat dit ten koste gaat van het zo karakteristieke JOHAN geluid. Het is een geluid dat in muzikaal en vocaal opzicht nog mooier klinkt dan in het verleden en ook de songs van de band hebben nog niets van hun kracht verloren. Het is nog erg vroeg voor de start van de lente, maar met The Great Vacation is het volgende seizoen voor mij al begonnen en wat schijnt de zon heerlijk. 

De Nederlandse band JOHAN (tegenwoordig kennelijk met hoofdletters) schaarde zich in de tweede helft van de jaren 90 onder de paradepaardjes van het Nederlandse Excelsior label, dat op dat moment het patent had op albums die de lente per direct lieten beginnen. Het titelloze debuutalbum van JOHAN uit 1996 wat mij betreft worden gerekend tot het beste dat de Nederlandse popmuziek heeft voortgebracht en dat geldt zeker voor het in 2001 verschenen Pergola, dat in brede kring een klassieker wordt genoemd. 

JOHAN maakte vanaf haar debuut albums die alleen maar leuker werden wanneer je ze vaker hoorde en dat is maar goed ook, want heel productief is de band rond Jacco de Greeuw nooit geweest. Tussen Johan en Pergola zaten vijf jaren en die periode zat ook tussen het tweede album en THX JHN, dat in 2006 verscheen. Het vierde album met de titel 4 verscheen in 2009 redelijk snel, maar vervolgens was het negen jaar wachten op Pull Up, tot voor kort het laatste wapenfeit van de Nederlandse band. 

Na ieder JOHAN album is het maar de vraag of er nog een opvolger komt, maar album nummer zes is er in ieder geval gekomen, want deze week verscheen The Great Vacation. Het is een albumtitel die zomaar kan verwijzen naar de coronapandemie die muzikanten een verplichte vakantie opleverde, maar ook de acht jaren die zijn verstreken sinds Pull Up voelen aan als een (te) lange vakantie. 

Ik was na maanden regen absoluut toe aan de zonnestralen van JOHAN en gelukkig voorziet de band hier nog steeds in ruime mate in. The Great Vacation voelt in een aantal tracks aan als het spreekwoordelijke warme bad. Dat is vooral het geval wanneer JOHAN haar inspiratie zoekt in de jaren 60 en 70 en de invloeden uit het verre verleden overgiet met het uit duizenden herkenbare JOHAN sausje. 

Op The Great Vacation trekt JOHAN er echter ook op uit en laat het zich ook beïnvloeden door muziek uit de jaren 80 en 90 en verkent het bovendien een aantal andere genres. Het blijft op een of andere manier wel onmiskenbaar JOHAN, maar de band voegt met de diverse uitstapjes wel wat toe aan alles dat er al is. 

The Great Vacation laat goed horen dat de Nederlandse band inmiddels al een tijdje mee gaat, want in muzikaal opzicht klinkt het allemaal fantastisch, waarbij voor mij vooral het drumwerk van Jeroen Kleijn en het gitaarwerk van Robin Berlijn in het oor springen. Het combineert allemaal prachtig met de stem van Jacco de Greeuw, die de muziek van JOHAN nog steeds voorziet van een nostalgisch en melancholisch tintje. 

Zeker wanneer bijzonder mooie koortjes worden toegevoegd aan de prachtige melodieën op het album gaat de zon onmiddellijk schijnen en geeft The Great Vacation weer het heerlijke gevoel waar JOHAN inmiddels al zo lang het patent op heeft. Ook als de band buiten de lijntjes van haar eigen geluid kleurt, is The Great Vacation een sprankelend album dat onmiddellijk verleidt, maar zoals altijd schrijft Jacco de Greeuw ook nog altijd songs die de tijd moeten krijgen om te groeien, wat ze vervolgens uitbundig doen. 

Of er een zevende JOHAN album gaat komen zal de komende jaren waarschijnlijk wel weer de vraag zijn, maar het fantastische The Great Vacation, dat ik nu al reken tot het allerbeste dat JOHAN gemaakt heeft, neemt niemand ons meer af. Laat de lente maar beginnen. En Pitchfork let op, want zo goed als dit wordt het in de VS niet gemaakt op het moment.

Erwin Zijleman

Tuesday, 28 October 2025

Tomorrow's Fire. Squirrel Flower (2)

Squirrel Flower trok ondanks twee prima albums nog niet veel aandacht, maar dat moet gaan veranderen met het prachtige Tomorrow’s Fire, waarop gruizige gitaren en de prachtstem van Ella Williams fraai samenvloeien.

Met I Was Born Swimming uit 2020 en Planet (i) uit 2021 leverde Squirrel Flower al twee keer haar visitekaartje af. Dat doet de Amerikaanse muzikante nog wat nadrukkelijker op haar nieuwe album Tomorrow’s Fire. Het album opent behoorlijk ingetogen met een hoofdrol voor de bijzonder mooie stem van de muzikante uit Chicago, maar al snel krijgen ook de gruizige gitaren alle ruimte. Squirrel Flower heeft het geluid van haar vorige twee albums verder geperfectioneerd en levert een album af dat zich kan meten met de beste albums in het genre, waarin de Amerikaanse muzikante er bovendien in is geslaagd om een bijzonder eigen geluid te creëren.

Ook in 2020 was het al flink dringen binnen de indierock en verschenen er stapels albums van met name jonge vrouwelijke singer-songwriters. I Was Born Swimming van de Amerikaanse muzikante Squirrel Flower was een van deze albums . Het is een album waar ik aan het begin van 2020 zeer over te spreken was en terecht. Het alter ego van de uit Boston, Massachusetts, afkomstige Ella (O'Connor) Williams schuurde af en toe tegen de muziek van vaandeldragers in het genre als Phoebe Bridgers en Julien Baker aan, maar Squirrel Flower wist ook op te vallen met een lekker rauw gitaargeluid en met uitstapjes richting psychedelica, indierock en dreampop. 

Ik vergeleek I Was Born Swimming in 2020 zowel met de muziek van de al eerder genoemde Phoebe Bridgers en Julien Baker, maar ook met de muziek van Big Thief en zelfs The War On Drugs, wat genoeg moet zeggen over de veelzijdigheid van het album. Squirrel Flower dook in de zomer van 2021 op met Planet (i), dat de belofte van I Was Born Swimming meer dan waar maakte. Planet (i), waarop de wijze hoe we met onze planeet omgaan centraal stond, lag in het verlengde van zijn voorganger, maar klonk nog net wat smaakvoller en ook net wat donkerder en broeieriger, wat de muziek van de Amerikaanse muzikante voorzag van een bijzondere lading. 

Zowel I Was Born Swimming als Planet (i) trok helaas maar weinig aandacht en bij het samenstellen van mijn jaarlijstjes over 2020 en 2021 was ik de albums van Squirrel Flower zelf ook alweer vergeten, terwijl ze hier absoluut in thuis hoorden. Het moet maar eens gaan veranderen met het deze week verschenen Tomorrow’s Fire, dat net als zijn twee voorgangers een uitstekend album is, maar dat ook nog net wat meer indruk maakt.

Voor Tomorrow’s Fire trok Squirrel Flower naar de studio van producer Alex Farrar in Asheville, North Carolina. Het is een verstandige keuze, want Alex Farrar produceerde de afgelopen jaren prachtalbums van onder andere Wednesday, Indigo De Souza, Snail Mail, Waxahatchee en MJ Lenderman. Laatstgenoemde is op Tomorrow’s Fire overigens te horen als gitarist en draagt bij aan het prachtige snarenwerk op het album. 

Op haar nieuwe album gaat Squirrel Flower, die inmiddels Chicago, Illinois, als thuisbasis heeft, vol voor de indierock, wat in veel songs zorgt voor lekker gruizig gitaarwerk, al bevat het album ook een aantal veel spaarzamer ingekleurde songs. Alex Farrar heeft het album prachtig geproduceerd en voorzien van veel dynamiek, maar hij heeft er ook voor gezorgd dat het bij vlagen behoorlijk stevige gitaarwerk en de bijzonder mooie stem van Ella Williams elkaar nergens in de weg zitten. 

Squirrel Flower maakt op haar vorige twee albums al indruk met mooie en veelzijdige klanken, met prachtige zang en met ijzersterke songs, maar op Tomorrow’s Fire doet ze er nog een flinke schep bovenop. Met name de zang op het album vind ik nog een stuk mooier en indringender dan op de vorige twee albums, maar ook in muzikaal opzicht heeft de Amerikaanse muzikante stappen gezet. 

Door het behoorlijk gruizige geluid klinkt ze anders dan de meeste van haar collega’s binnen de indierock van dit moment en ook de songs van Squirrel Flower beschikken over voldoende onderscheidend vermogen. In het genre wordt ieder jaar wel een nieuwe vaandeldrager annex smaakmaker onthaald en dit jaar mag dit van mij Squirrel Flower zijn. Het zou op basis van het gebodene op Tomorrow's Fire niet meer dan terecht zijn.

Erwin Zijleman

Monday, 27 October 2025

News Of The Universe. La Luz

News Of The Universe is alweer meer dan een jaar oud, maar deze week speelt La Luz in Nederland. Daarom laten wij vandaag  Erwin Zijleman zijn licht schijnen op het album.

Bij La Luz weet je inmiddels wat je kunt verwachten, maar de combinatie van dromerige gitaarlijnen, prachtige zang en hemelse koortjes klinkt op News Of The Universe nog wat overtuigender.

Toen ik in 2018 het album Floating Features van La Luz in handen kreeg dacht ik even te maken te hebben met een vergeten klassieker uit de jaren 60. De verleiding van het album was met een zonnige mix van garagerock, surfrock, Westcoast pop en psychedelica meedogenloos en dat is ook weer het geval bij beluistering van het nieuwe album van La Luz. News Of The Universe klinkt wat minder gruizig dan het vroegere werk van de band uit Los Angeles, maar de prachtige gitaarakkoorden, de geweldige koortjes en de fraai zang van Shana Cleveland maken ook dit keer makkelijk indruk. News Of The Universe is de perfecte soundtrack voor een mooie zomerdag, maar is ook veel meer dan dat.

News Of The Universe van La Luz verscheen ruim een maand geleden, maar is even op de stapel blijven liggen. Dat is best bijzonder, want ik was zeer te spreken over de vorige twee albums van de Amerikaanse band en ook de soloalbums van frontvrouw Shana Cleveland zijn me zeer dierbaar. Ik hou het er maar op dat de muziek van La Luz het best tot zijn recht komt wanneer de zon schijnt en de temperatuur boven de 25 graden uit komt en dat was deze week dan eindelijk het geval. 

Ik ontdekte La Luz in 2018, toen het derde album van de band uit Los Angeles verscheen. Op Floating Features vermaakte La Luz meedogenloos met een mix van garagerock, psychedelische rock, Westcoast pop en surfrock. Floating Features slingerde je vrijwel onmiddellijk terug naar het California van de jaren 60 met heerlijke gitaarakkoorden en fantastische koortjes. 

Het titelloze album uit 2021 klonk vervolgens net wat minder gruizig dan Floating Features, maar betoverde minstens net zo krachtig. De afgelopen jaren waren er naast de twee albums van La Luz ook nog twee albums van frontvrouw Shana Cleveland, die vooral invloeden uit de Laurel Canyon folk verwerkten en die ik persoonlijk minstens net zo interessant vond als de albums van La Luz. 

La Luz keerde zoals gezegd vorige maand terug met News Of The Universe, waarop vergeleken met het album uit 2021 niet zo gek veel is veranderd. Net als op dat album zijn de gruizige invloeden uit de garagerock wat naar de achtergrond gedrongen en hebben invloeden uit de psychedelica aan terrein gewonnen. Ook News Of The Universe is een album vol Californische zonnestralen en het is bovendien een wat nostalgisch klinkend album met een zeer aangename jaren 60 vibe. 

Ook op het nieuwe album zijn de gitaarlijnen weer prachtig melodieus met hier en daar een prachtige solo, zingt Shana Cleveland werkelijk de sterren van de hemel en zijn de koortjes om van te watertanden. Luister bijvoorbeeld naar het prachtige Poppies en je begrijpt wat ik bedoel. 

Het nieuwe album van La Luz klinkt net zo zonnig en onbezorgd als zijn voorganger, maar in het leven van Shana Cleveland volgden de pieken en dalen elkaar snel op. Ze werd moeder, maar kreeg ook de diagnose borstkanker en hierna begon het ook in de band nog wat te rommelen. Het is op het eerste gehoor niet terug te horen in de songs van La Luz, al hoor je bij aandachtigere beluistering hier en daar ook wel wat melancholie, zeker in de meer folky songs. 

Ik vond La Luz in 2018 echt een enorme ontdekking. Inmiddels is de verrassing er misschien wel wat af, maar ik kan maar lastig begrijpen dat ik het nieuwe album van de Amerikaanse band heb laten liggen. News Of The Universe borduurt voort op de twee vorige albums van La Luz, maar heeft het geluid van de band uit Los Angeles ook verder geperfectioneerd. Het is ook de verdienste van producer Maryam Qudus (Spacemoth), die het album echt prachtig heeft opgenomen en volgestopt met bijzondere details. 

News Of The Universe zou zomaar een vergeten album uit de jaren 60 kunnen zijn, maar wat komt alles mooi en helder door de speakers. Het doet het zoals gezegd uitstekend bij de zomerse temperaturen van het moment, maar News Of The Universe is veel meer dan een leuk zomerplaatje voor de dagen van het moment. Shana Cleveland leverde vorig jaar solo met Manzanita een jaarlijstjesalbum af en herhaalt dat kunstje nu met het bedwelmend mooie News Of The Universe van La Luz.

Erwin Zijleman

 

Je kunt News Of The Universe hier luisteren en bestellen:

https://laluz.bandcamp.com/album/news-of-the-universe-2 

Sunday, 26 October 2025

What An Enormous Room. Torres (2)

TORRES, het alter ego van de Amerikaanse muzikante Mackenzie Scott, maakte al vijf albums die moeten worden gerekend tot de beste indierock van dit moment en dat geldt ook weer voor What An Enormous Room.

Bij een nieuw album van de Amerikaanse muzikante weet je twee dingen bijna zeker. De kans is heel groot dat ze een album maakt dat totaal anders klinkt dan zijn voorganger en ook de kans dat het een heel erg goed album is is bovengemiddeld groot. Het gaat ook allebei weer op voor het nieuwe album van TORRES, What An Enormous Room. Mackenzie Scott omringt zich dit keer met wat meer synths, wat een duidelijk andere geluid oplevert, maar de kwaliteit van de songs en de kwaliteit van de zang van de Amerikaanse muzikante is alleen maar omhoog gegaan. TORRES krijgt helaas nog niet overal de erkenning die ze zo verdient, maar dat heeft echt niets te maken met de kwaliteit van haar albums.

Het titelloze debuutalbum van TORRES haalde ik aan het begin van 2014 nog uit een jaarlijstje over 2013, maar alle andere albums van het alter ego van de Amerikaanse muzikante Mackenzie Scott heb ik direct bij de release opgepikt. Het zijn albums die ik stuk voor stuk zeer positief heb besproken op de krenten uit de pop en inmiddels zijn TORRES uit 2013, Sprinter uit 2015, Three Futures uit 2017, Silver Tongue uit 2020 en Thirstier uit 2021 me nog een stuk dierbaarder geworden. 

Mackenzie Scott klinkt op al deze albums net wat eigenzinniger dan de meeste van haar collega’s in de indierock en ze is bovendien wat explicieter in haar teksten en wat wispelturiger in het muzikale pad dat ze bewandelt. Het spreekt allemaal in het voordeel van TORRES, die ondanks vijf wat mij betreft geweldige albums helaas wat blijft hangen in de marge. Of dat gaat veranderen met het deze week verschenen What An Enormous Room is maar de vraag, maar ik zou het persoonlijk wel terecht vinden. 

Mackenzie Scott doet heel veel zelf op haar albums, maar op Sprinter, Three Futures en Thirstier werkte ze samen met de gelouterde Britse producer Rob Ellis, die vooral bekend is van zijn werk met PJ Harvey. Het was niet de enige associatie met het werk van PJ Harvey, want ook in muzikaal opzicht was met name het vroege werk van de Britse muzikante een belangrijke inspiratiebron. 

TORRES vertrouwde lange tijd op een vooral gitaar georiënteerd geluid, maar op haar vorige album was de rol van synths gegroeid. Het is een lijn die wordt doorgetrokken op What An Enormous Room, waarop de balans hier en daar zelfs is doorgeslagen in de richting van synths, al zijn de gitaren zeker niet verdwenen. TORRES deed dit keer voor de afwisseling eens niet een beroep op Rob Ellis, maar produceerde haar nieuwe album samen met Sarah Jaffe, die ik eigenlijk alleen van naam ken en die vooral bekend is als muzikante. 

Het levert wederom een album op dat anders klinkt dan zijn voorgangers. Het geluid is door de toegevoegde elektronica voller dan we van TORRES gewend zijn en ik vind het geluid persoonlijk nog net wat spannender. De muzikante uit New York schrijft nog altijd eigenzinnige songs waarin ze geen blad voor de mond neemt, maar de songs op What An Enormous Room zijn ook verrassend aanstekelijk. Het doet me af en toe denken aan St. Vincent in haar elektronische periode, maar de muziek van TORRES is meer rock georiënteerd. 

Het vollere geluid en de bijdragen van flink wat synths vragen wat extra van de stem van de Amerikaanse muzikante en ook op dit terrein levert Mackenzie Scott. De vocalen op het album zijn krachtig wanneer het nodig is, maar kunnen ook gas terugnemen wanneer TORRES kiest voor een ingetogen en bijna folky song. 

Ik heb de vorige vijf albums van TORRES zoals gezegd hoog zitten en ook What An Enormous Room is weer een bijzonder sterk album van de Amerikaanse muzikante, die met haar eigenzinnige songs een veel groter publiek verdient. Het siert TORRES dat ze op ieder album kiest voor een weer net wat ander geluid. Dat hoeft niet altijd goed uit te pakken, maar ook op What An Enormous Room levert de koerswijziging weer een uitstekend album op, dat het respect voor de muzikale weg van Mackenzie Scott nog wat verder laat groeien.

Erwin Zijleman

Saturday, 25 October 2025

Ebony Lamb (2). Ebony Lamb

Nog maar net bekomen van een vorige verrassing uit Nieuw-Zeeland, dient het volgende prachtalbum uit Nieuw-Zeeland zich aan en het titelloze debuutalbum van Ebony Lamb is echt een hele mooie.

Direct bij eerste beluistering werd ik gegrepen door de mooie en bijzondere stem van de Nieuw-Zeelandse muzikante Ebony Lamb. De muzikante uit Wellington, die al drie albums maakte met haar vorige band, maakt niet alleen indruk met uitstekende zang, maar heeft ook in muzikaal opzicht een zeer interessant album afgeleverd, dat bovendien opvalt door een mooie en warme productie. Omdat het debuutalbum van Ebony Lamb ook nog eens vol staat met aansprekende songs vol invloeden uit zowel genres als de tijd, durf ik de Nieuw-Zeelandse muzikante op basis van dit debuutalbum absoluut een enorm talent te noemen. Hopelijk gaan we dat ook aan deze kant van de wereld in brede kring ontdekken.

De nieuwsbrief van het Nieuw-Zeelandse Flying Out Records had deze maand minstens twee grote verrassingen voor me in petto. De eerste was het uitstekende popalbum van Paige, dat ik eerder deze week besprak. Het was nog niet alles, want ook het debuutalbum van de Nieuw-Zeelandse muzikante Ebony Lamb had ik niet graag gemist. 

Het is een album dat is verschenen op het label van singer-songwriter Nadia Reid en dat is niet de enige singer-songwriter van naam en faam die iets zag in de muziek van Ebony Lamb, die in eigen land overigens ook als fotograaf aan de weg timmert. Het titelloze debuutalbum van Ebony Lamb is immers geproduceerd door multi-instrumentalist Kody Nielson en door zijn partner Bic Runga, die in 1997 indruk maakte met haar geweldige debuutalbum Drive en sindsdien nog een aantal prima albums afleverde. 

Bic Runga en Kody Nielson tekenen voor een zeer smaakvolle productie. Ze hebben het debuutalbum van Ebony Lamb voorzien van gloedvolle en bijzonder mooie klanken, die zijn opgenomen met uitsluitend analoge apparatuur, wat het album voorziet van een karakteristiek geluid. Het zijn klanken die de ruimte op aangename wijze verwarmen, maar de instrumentatie op het album heeft ook iets bijzonders. 

De muziek van Ebony Lamb klinkt aan de ene kant aards en organisch, maar heeft ook iets zweverigs, wat fraai met elkaar contrasteert. Het past allemaal prachtig bij de krachtige stem van Ebony Lamb, die op haar eerste soloalbum indruk maakt als zangeres. Ze doet dit met een zeer veelzijdig geluid, dat aan van alles en nog wat doet denken, zonder dat ik de vinger er heel precies op kan leggen. 

Helemaal uit de lucht vallen kwam ze overigens niet, want met haar band Eb & Sparrow maakte de Nieuw-Zeelandse muzikante ook al drie albums. Het zijn albums die ik ook direct even heb beluisterd en het zijn albums die in het verlengde liggen van het soloalbum van Ebony Lamb, al verwerkte haar band meer invloeden uit de alt-country. Die invloeden hoor ik veel minder op haar soloalbum, dat vooral invloeden uit de folk, jazz en pop verwerkt. 

Het levert een origineel en zeer aansprekend geluid op, dat vervolgens flink wordt opgetild door de sterke songs en de prachtige stem van Ebony Lamb. Na vluchtige beluistering was ik er al uit dat ik dit album zeker zou selecteren, maar toen had ik nog niet verwacht dat het debuutalbum van de muzikante uit Wellington me zo snel zo dierbaar zou worden. 

Zo vind ik de warme en soms wat broeierige instrumentatie echt steeds mooier en trefzekerder worden, maar vooral de stem van Ebony Lamb tilt haar debuutalbum steeds verder op. Ze zingt niet alleen bijzonder mooi, maar ook met veel gevoel en precisie en slaagt er bovendien in om steeds weer net wat anders te klinken. 

Het album duurt helaas maar net iets meer dan een half uur, maar het is een half uur intens genieten van de mooie en bijzondere muziek van Ebony Lamb, die ook nog eens songs schrijft die fris en eigentijds kunnen klinken, maar je net zo makkelijk decennia mee terug kunnen nemen in de tijd. Wat je van ver haalt is lang niet altijd lekkerder, maar Ebony Lamb is weer eens zo’n bijzondere release uit Nieuw-Zeeland die het flinke aanbod uit de Verenigde Staten en Europa flink verrijkt.

Erwin Zijleman

Friday, 24 October 2025

Making Room For The Light. Mae Powell

Luister naar de muziek van de Amerikaanse muzikante Mae Powell en de zon begint bijna vanzelf te schijnen, maar de songs, de muziek en de zang op Making Room For The Light ademen ook kwaliteit.

Het tweede album van de Californische muzikante Mae Powell is vooralsnog niet overladen met aandacht. Dat is jammer, want Making Room For The Light heeft veel te bieden. Zo is het een ideale soundtrack voor een mooie zomerdag, maar Mae Powell beschikt ook over een soepele en bijzonder aangenaam klinkende stem, schrijft interessante songs en heeft deze zeer smaakvol ingekleurd. Make Room For The Light bevat bovendien een fraaie combinatie van stijlen en klinkt zowel eigentijds als tijdloos. De songs van Mae Powell dringen zich direct aangenaam op, maar het zijn ook songs die beter worden wanneer je ze vaker hoort. Echt een aanrader dus dit album.

De muziek van Mae Powell wordt hier en daar in het hokje jazz geduwd. Dat verklaart misschien waarom ik haar vorige album, het in 2021 uitgebrachte Both Ways Brighter, heb laten liggen en in eerste instantie ook geen rekening had gehouden met het in augustus verschenen Making Room For The Light. 

De muziek van Mae Powell bevat misschien wel wat ingrediënten uit de jazzmuziek, maar na beluistering van haar nieuwe album zou ik persoonlijk toch niet snel het etiket jazz op Making Room For The Light plakken. De muzikante uit San Francisco maakt op haar tweede album muziek die goed past in het hokje singer-songwriter pop. Als ik genres moet toevoegen aan de songs van Mae Powell denk ik in eerste instantie aan soul, maar in de zang hoor ik ook wel wat jazzy accenten, vooruit. 

De Amerikaanse muzikante beschikt over een mooie en soepele stem, die geschoold klinkt. Voor vocaal vuurwerk en een flink arsenaal aan stembuigingen ben je bij Mae Powell echter (gelukkig) niet aan het juiste adres. De zang op Making Room For The Light is redelijk ingehouden, maar wel heel smaakvol en trefzeker. De stem van Mae Powell houdt de aandacht makkelijk vast en voegt bovendien iets bijzonders toe aan haar songs. 

Wat voor de zang op het album geldt, geldt ook voor de muziek. De muziek op Making Room For The Light is net als de zang redelijk ingetogen, maar ook in muzikaal opzicht is het tweede album van Mae Powell zeer smaakvol en sfeervol. Making Room For The Light is een album dat doet uitzien naar een lange nazomer, want de meeste songs van de Californische muzikante zijn loom, dromerig en broeierig. 

Het zijn songs met flink wat invloeden uit de soul en hier en daar een vleugje jazz, maar Mae Powell verwerkt ook invloeden uit de country en de pop. Het levert songs op die hier en daar wat retro klinken, al is tijdloos misschien een beter woord. De songs op Making Room For The Light klinken immers ook als songs van deze tijd. 

Het zijn songs die bijna schreeuwen om luieren op lange zomerse dagen, maar de songs van Mae Powell hebben in kwalitatief opzicht veel te bieden. Er is hoorbaar heel veel zorg besteed aan de muziek op en de productie van het album, waarvoor David Parry van de Canadese band Loving tekent. 

Het klinkt allemaal zeer aangenaam, maar de muziek op het album verdient aandachtige beluistering met oor voor details, zoals voor de prachtig soulvolle gitaarlijnen. Ook de zang van Mae Powell is van een bovengemiddeld niveau. Ze zingt zo soepel dat het allemaal makkelijk klinkt, maar iedere noot is raak en de verscheidenheid van de zang is verrassend groot. Het levert een album op dat het uitstekend doet op de laatste echte zomerdagen van 2025, maar wie weet wacht er nog een “Indian summer” op ons. 

Ik denk dat ik vast niet de enige ben die zich deze week heeft laten afschrikken door het label jazz op het tweede album van Mae Powell en dat is jammer. Making Room For The Light is een warm en gloedvol singer-songwriter album dat ik niet graag had gemist. Het is een album met een voor mij acceptabele hoeveelheid jazz, maar vooral veel ander moois. Ik lees hier en daar ook mooie woorden over het ook door mij gemiste debuutalbum van de Amerikaanse muzikante, maar album nummer twee is wat mij betreft nog een stuk interessanter.

Erwin Zijleman 


Je kunt Making Room For The Light hier bestellen en luisteren:

https://maepowell.bandcamp.com/album/making-room-for-the-light 


Thursday, 23 October 2025

Ilmateade. Duo Ruut

Duo Ruut is een tweetal uit Estland dat met Ilmateade een album heeft gemaakt dat in juli stevig is bewierookt door de Britse kwaliteitskrant The Guardian en daar valt echt helemaal niets op af te dingen.

Zo ongeveer de enige recensie die van het tweede album van Duo Ruut is verschenen maakte me nieuwsgierig naar dit ‘folkalbum’ dat totaal anders klinkt dan de andere folkalbums die ik ken. Dat heeft alles te maken met de teksten in het Ests, maar ook in alle andere opzichten klinkt Ilmateade anders dan andere folkalbums. Het is hierdoor misschien even wennen aan Ilmateade, maar de schoonheid van de muziek van Duo Ruut dringt zich makkelijk op. Ondanks de eenvoud van de muziek van het Estse duo valt er van alles te ontdekken op Ilmateade, dat mysterieus maar ook bezwerend klinkt. Hoogste tijd dus dat de fascinerende muziek van Duo Ruut in bredere kring wordt opgepikt.

Met afstand het meest bijzondere album dat ik deze zomer heb beluisterd is het album Ilmateade van Duo Ruut. Het is een album dat uitvoerig werd geprezen door de Britse kwaliteitskrant The Guardian, die bekend staat om het open staan voor muziek die zich buiten de kaders van de westerse popmuziek begeeft. Dat doet Duo Ruut zeker, want ik ken geen enkel album dat lijkt op Ilmateade. 

Duo Ruut is een duo dat bestaat uit twee muzikanten uit Estland en voor zover ik weet zijn dit de eerste muzikanten die ik ken uit de Baltische staat. Ann-Lisett Rebane en Katariina Kivi maken op hun tweede album (in 2019 verscheen hun debuutalbum) vooral gebruik van hun stemmen en van een traditioneel instrument uit Estland (kannel) dat lijkt op een citer, maar ook bijzondere ritmes spelen af en toe een voorname rol op het album. 

The Guardian heeft Ilmateade van Duo Ruut uitgeroepen tot het folkalbum van de maand juli, wat Ann-Lisett Rebane en Katariina Kivi een plekje opleverde op het geweldige Britse Glastonbury festival. Er is inderdaad wel wat voor te zeggen om Ilmateade in het hokje folk te duwen, maar Duo Ruut heeft zeker geen alledaags folkalbum gemaakt. 

Dat ligt in eerste instantie aan het feit dat Ann-Lisett Rebane en Katariina Kivi in het Ests zingen, wat de songs van het tweetal een wat mysterieus karakter geeft. Dat mysterieuze karakter wordt versterkt door de bijzondere klanken van het snareninstrument dat centraal staat in de muziek van Duo Ruut. Hier blijft het niet bij, want ook de manier van zingen wijkt af van de zang op Britse of Amerikaanse folkalbums en ook de songstructuren op Ilmateade hebben iets bijzonders. 

Ik luister niet vaak naar muziek die zich duidelijk buiten de gebaande paden van de Westerse popmuziek begeeft, maar ik was eigenlijk direct onder de indruk van het album van Duo Ruut. De stemmen van Ann-Lisett Rebane en Katariina Kivi zijn bijzonder mooi en passen echt prachtig bij elkaar, zeker wanneer ze elkaar versterken in bijzondere harmonieën. De zang is door het gebruik van het Ests misschien niet heel toegankelijk, maar het deed wel direct wat met me. 

Dat krijgt Duo Ruut ook voor elkaar met de muziek op het album. Ilmateade is in muzikaal opzicht meestal een heel sober album, met soms maar enkele akkoorden van het bijzondere Estse snareninstrument, maar in combinatie met de stemmen klinkt het zeker niet kaal. De combinatie van de bijzondere zang, de fascinerende klanken en de niet alledaagse songstructuren zorgen voor een bezwerend geluid. Het is een geluid dat zich ondanks alle bijzondere ingrediënten makkelijk opdringt, want zoals The Guardian terecht concludeert is de muziek van Duo Ruut van een bijzondere schoonheid. 

De Britse kwaliteitskrant komt wel vaker op de proppen met albums waar verder echt niemand aandacht aan besteed en dat is met Ilmateade van Duo Ruut vooralsnog niet anders, maar dit is echt een album dat het verdient om uit te groeien tot een van de meest fascinerende cultalbums van 2025. Het is een album dat overigens ook bij de liefhebbers van uiteenlopende folkvarianten zeker in de smaak moet kunnen vallen. Ik vond het bij eerste beluistering vooral fascinerend, maar ik raak steeds meer gehecht aan de bijzondere klanken van Duo Ruut.

Erwin Zijleman

 

Je kunt Ilmateade hier luisteren en bestellen:

https://duoruut.bandcamp.com/album/ilmateade 

Wednesday, 22 October 2025

Every Dawn's A Mountain (2). Tamino

Every Dawn's A Mountain is vreemd genoeg mijn eerste kennismaking met de muziek van Tamino, maar het derde album van de Belgisch-Egyptische muzikant heeft een verpletterende indruk gemaakt.

Tamino dook een paar jaar geleden op met de prachtige single Habibi en is sindsdien de wereld aan het veroveren. Het was me helemaal ontgaan, maar na eerste beluistering van zijn derde album Every Dawn's A Mountain ben ik helemaal bij de les. Het derde album van Tamino klinkt soms als een singer-songwriter album van een hele tijd geleden, maar het is ook een uniek klinkend album, al is het maar vanwege het veelvuldig gebruik van de oed op het album. Every Dawn's A Mountain wordt een volkomen uniek album door de stem van de Belgisch-Egyptische muzikant. Het is een stem die van alles met je doet en die, zeker ook in combinatie met de prachtige muziek, tien songs lang schittert.

Ook als je denkt dat je de ontwikkelingen in de popmuziek heel goed bij houdt mis je helaas wel eens wat. Ik moet eerlijk toegeven dat ik tot deze week echt nog nooit van Tamino had gehoord. Dat is best bijzonder, want de Belgisch-Egyptische muzikant debuteerde een jaar of negen geleden, bracht met Amir (2018) en Sahar (2022) twee uitvoerig geprezen albums uit en werd vergeleken met muzikanten die ik echt heel hoog heb zitten, onder wie Jeff Buckley en Radiohead. 

Ook het deze week verschenen Every Dawn's A Mountain stond oorspronkelijk niet op mijn lijstje en kwam er pas op nadat ik het album bij toeval hoorde in een lokale platenzaak. Inmiddels heb ik alle drie de albums van Tamino beluisterd en ben ik diep onder de indruk van zijn muziek. Amir en Sahar zijn in muzikaal opzicht fascinerende albums, staan vol met prachtige songs en worden vervolgens mijlenver opgetild door de geweldige stem van de Belgisch-Egyptische muzikant. 

Op Amir en Sahar moet ik misschien later nog eens terug komen, want deze week gaat alle aandacht uit naar Every Dawn's A Mountain. Tamino verruilde Antwerpen een paar jaar geleden voor Amsterdam, maar heeft zich inmiddels gevestigd in New York. Zijn nieuwe album werd opgenomen in Brussel, New Orleans en New York, maar kwam vooral ‘on the road’ tot stand. 

Tamino schreef de songs voor zijn nieuwe album met de oed, een twaalfsnarig instrument dat uit het Midden-Oosten stamt, en het geluid van dit bijzondere instrument speelt ook een centrale rol op Every Dawn's A Mountain. Het zorgt er voor dat het album anders klinkt dan andere albums in het genre.

De muziek van Tamino is in het verleden zoals gezegd vergeleken met de muziek van Jeff Buckley en dat begrijp ik wanneer ik luister naar de songs op het nieuwe album van de Belgisch-Egyptische muzikant. De songs van Tamino hebben een verrassende intimiteit, maar het zijn ook meeslepende songs. Het zijn songs die worden gedragen door een stem die je teder omarmt maar ook ruw bij de strot kan grijpen. Wat mij betreft hebben de songs van Tamino echter een uniek karakter en doe je hem met geen enkele vergelijking recht. 

Every Dawn's A Mountain bevat een aantal sobere songs met de oed als basis, maar de songs van Tamino kunnen ook worden verrijkt met stevig aangezette strijkers, wat zijn songs voorziet van vaart en dramatiek. Atmosferische klanken, fraaie koortjes en een prachtig duet met Mitski voegen nog wat extra glans toe aan de fraaie klanken op het album. 

De muziek is echt prachtig, maar ik vind de stem van Tamino nog een stuk indrukwekkender. De zang op Every Dawn's A Mountain varieert in kracht en tempo en steeds als je denkt dat de grenzen van het enorme bereik van de stem van Tamino wel zijn bereikt doet hij er nog een schepje bovenop. De muzikant uit New York klinkt af en toe als een singer-songwriter uit een ver verleden, maar Every Dawn's A Mountain is ook een album dat overloopt van hedendaagse urgentie. 

Tien songs lang maakt Tamino diepe indruk met prachtige persoonlijke songs, met muziek die zich als een warme deken om je heen slaat en met een stem die je voorgoed wilt koesteren. Ik schaam me diep dat ik de muziek van Tamino tot dusver niet had opgemerkt, maar het voordeel is dat ik er opeens drie fantastische albums bij heb. Van deze albums vind ik het zeer sfeervolle Every Dawn's A Mountain vooralsnog het mooist, maar ook Amir en Sahar zullen zonder enige twijfel uitgroeien tot persoonlijke favorieten.

Erwin Zijleman

Tuesday, 21 October 2025

New Threats From The Soul. Ryan Davis & The Roadhouse Band

Ryan Davis & The Roadhouse Band imponeren op New Threats From The Soul met zeven lange tracks, waarin ze niet alleen geweldige alt-country maken, maar ook iets bijzonders toevoegen aan alle alt-country die er al is.

Bij eerste beluistering van New Threats From The Soul van de Amerikaanse muzikant Ryan Davis en zijn band The Roadhouse Band werd ik direct van mijn sokken geblazen door het volle en verrassende geluid. Het is een geluid dat zich beweegt binnen de kaders van de alt-country, maar op hetzelfde moment nadrukkelijk de grenzen opzoekt. In de lange tracks op het bijna een uur durende album gebeurt van alles en het is allemaal even mooi. Ryan Davis beschikt ook nog eens over een karakteristieke stem, die ook een stempel drukt op New Threats From The Soul. Ryan Davis & The Roadhouse band hebben een fantastisch alt-country album gemaakt en het wordt alleen maar beter en indrukwekkender.

Met name Britse muziektijdschriften als Mojo en Uncut geven deze maand hoog op over New Threats From The Soul, wat volgens mij het tweede album is van de Amerikaanse muzikant Ryan Davis en zijn band The Roadhouse Band. Na beluistering van het album kan ik me wel vinden in de lovende woorden van de Britse recensenten, want New Threats From The Soul is een zeer aansprekend en opvallend album. 

Het is een album met een speelduur van maar liefst 57 minuten, maar in het kleine uur vervelen Ryan Davis en zijn band echt geen moment. Het tweede album van Ryan Davis & The Roadhouse Band bevat overigens slechts zeven tracks, wat betekent dat we worden getrakteerd op wat langer uitgesponnen songs en ook dat bevalt me wel. 

De Amerikaanse band benut de tijd die het heeft in haar songs voor flink wat muzikaal vuurwerk en evenveel bijzondere wendingen, wat een spannend album oplevert. Dat is best bijzonder, want New Threats From The Soul is een album dat ik zelf in het hokje Americana of alt-country zou stoppen en dat zijn op zich geen genres waarin hele spannende muziek wordt gemaakt. 

Binnen de Americana of de alt-country zit de muziek van Ryan Davis & The Roadhouse Band soms aan de traditionele kant, maar New Threats From The Soul klinkt door de bijzondere muziek ook anders dan andere albums in het genre en heeft hierdoor ook iets moderns. 

Het doet me met grote regelmaat denken aan de muziek die de veel te vroeg overleden David Berman maakte met zijn bands Silver Jews en Purple Mountains. Dat heeft veel te maken met de zang van Ryan Davis, maar ook in muzikaal opzicht hoor ik raakvlakken. De muziek van Ryan Davis & The Roadhouse Band wordt ook wel omschreven als Americana noir en dat is een goede omschrijving want de muziek van de Amerikaanse band is vaak aan de donkere en melancholische kant. 

Het album sprak me eigenlijk direct aan, want New Threats From The Soul heeft niet alleen iets bijzonders, maar straalt ook urgentie uit. Het album werd gemaakt met flink wat gastmuzikanten, die allemaal iets bijdragen aan het bijzondere geluid van Ryan Davis & The Roadhouse Band. Het levert een bont en veelkleurig, maar op een of andere manier ook consistent album op.

Natuurlijk is er geweldig snarenwerk te horen, inclusief de onmisbare pedal steel, maar ook de bijdragen van strijkers en blazers zijn bijzonder, net als de bijdragen van de in het genre wat atypische synths en de fluit, die de muziek op het album hier en daar een stevig psychedelisch tintje geeft. 

Ryan Davis bepaalt met zijn stem voor een belangrijk deel het geluid New Threats From The Soul, maar ook de achtergrondzang van onder andere Catherine Irwin van Freakwater en de Canadese zangeres Myriam Gendron streelt keer op keer het oor. Met zeven lange songs is New Threats From The Soul een lange zit, maar ik onderga de bijna een uur durende luistertrip van Ryan Davis & The Roadhouse Band met steeds meer plezier, maar ook met steeds meer bewondering. 

Ik hoor de afgelopen jaren niet heel veel goede alt-country albums meer en een alt-country album dat iets toevoegt aan alles dat er al is, is nog wat zeldzamer. New Threats From The Soul van Ryan Davis & The Roadhouse Band is een heel goed alt-country album en het is er een die, vooral met de veelkleurige instrumentatie, maar ook met de geweldige songs, de uitstapjes naar andere genres en de karakteristieke zang van Ryan Davis, iets toevoegt aan alles dat er al is in het genre. Zeer warm aanbevolen dus

Erwin Zijleman

 

Je kunt  New Threats From The Soul. Ryan Davis & The Roadhouse Band hier luisteren en bestellen:

https://sophomorelounge.bandcamp.com/album/ryan-davis-the-roadhouse-band-new-threats-from-the-soul 

Monday, 20 October 2025

So Long Little Miss Sunshine. Molly Tuttle

Molly Tuttle was op haar debuutalbum niet vies van invloeden uit de pop, ging op de albums met haar band vervolgens vol voor de bluegrass, maar kiest op So Long Little Miss Sunshine weer voor pop zonder de bluegrass te vergeten.

Molly Tuttle liet de afgelopen jaren horen dat ze in meerdere opzichten zeer getalenteerd is. Ze is een bluegrass snarenwonder, maar ook een zeer getalenteerd songwriter, die ook nog eens beschikt over een hele mooie stem. Op haar vorige albums domineerde de bluegrass waarmee ze opgroeide, maar invloeden uit de bluegrass krijgen op So Long Little Miss Sunshine gezelschap van invloeden uit de pop. Molly Tuttle overtuigt nog wat meer als zangeres en heeft een serie aansprekende songs geschreven, maar samen met een aantal topmuzikanten uit Nashville is ze ook de bluegrass niet vergeten. Het levert een bijzonder klinkend en zeer overtuigend album op.

Molly Tuttle is in iets meer dan vijf jaar tijd uitgegroeid tot een van de vaste waarden binnen de hedendaagse bluegrass muziek. Met dit stempel doe je de Amerikaanse muzikante overigens wel wat tekort, want Molly Tuttle heeft op de albums die ze inmiddels op haar naam heeft staan laten horen dat ze binnen de Amerikaanse rootsmuziek op een breder terrein uit de voeten kan. 

De liefde voor bluegrass kreeg ze van huis uit mee en al op hele jonge leeftijd kon ze uitstekend overweg op de gitaar, de mandoline en de banjo. Molly Tuttle sleepte met haar snarenspel een aantal aansprekende prijzen in de wacht, maar bleek niet alleen een geweldige muzikante, maar ook een getalenteerd songwriter en een uitstekende zangeres. 

Ik hoorde het voor het eerst in het voorjaar van 2019 toen haar debuutalbum When You're Ready verscheen. Het is een album dat het hele palet van bluegrass tot en met countrypop bestrijkt en laat horen dat Molly Tuttle bulkt van het talent. Sindsdien is Molly Tuttle alleen maar beter geworden, wat is te horen op het met bijzondere covers gevulde ...But I'd Rather Be With You uit 2020 en op de twee albums die ze maakte met haar band Golden Highway, Crooked Tree uit 2022 en City Of Gold uit 2023. 

Zeker op de laatste twee albums domineren invloeden uit de bluegrass en maken Molly Tuttle, de leden van haar band en de uitgenodigde gastmuzikanten indruk met muzikaal vuurwerk. Op het deze week verschenen So Long Little Miss Sunshine doet Molly Tuttle het voor de afwisseling weer eens zonder haar band Golden Highway. Op de cover van het nieuwe album zie je de Amerikaanse muzikante met een aantal verschillende pruiken en eenmaal zonder pruik. Molly Tuttle lijdt immers aan de ziekte Alopecia, waardoor ze geen haargroei heeft. 

Op So Long Little Miss Sunshine kiest Molly Tuttle voor een net wat ander geluid. De invloeden uit de (country)pop stonden sinds haar debuutalbum op een laag pitje, maar zijn terug op het nieuwe album. Het is waarschijnlijk even slikken voor de bluegrass puristen onder haar fans, maar liefhebbers van wat breder ingestoken Amerikaanse rootsmuziek horen op So Long Little Miss Sunshine heel veel moois. 

De muzikante uit Nashville neemt op haar nieuwe album misschien de afslag richting (country)pop, maar de liefde voor de bluegrass is zeker niet helemaal verdwenen. Je hoort absoluut meer pop op So Long Little Miss Sunshine, maar het razendsnelle snarenwerk uit de bluegrass is zeker niet verdwenen en ook de bijdragen van de viool herinneren aan het oude geluid van de muzikante uit Nashville. 

Het zorgt er voor dat de muziek van Molly Tuttle toch anders klinkt dan de muziek van andere populaire (country)pop zangeressen. So Long Little Miss Sunshine legt wat minder de nadruk op muzikale virtuositeit, maar verlegt de aandacht naar de songs en de zang. De stem van Molly Tuttle klinkt echt prachtig op haar nieuwe album en ook de songs van de Amerikaanse muzikante zijn zeer aansprekend. 

Het zijn songs die me meer dan eens aan Taylor Swift doen denken, maar het is dan wel Taylor Swift die haar oude liefde voor country heeft teruggevonden en de bluegrass er bij pakt. De stem van Molly Tuttle vind ik persoonlijk mooier dan die van Taylor Swift, maar het is maar de vraag of een pop minnend publiek uit de voeten kan met de bluegrass invloeden op So Long Little Miss Sunshine. Ik ben zelf al wel helemaal om en vind dit echt een geweldig album.

Erwin Zijleman

 

Je kunt So Long Little Miss Sunshine hier luisteren en bestellen:

https://mollytuttle.bandcamp.com/album/so-long-little-miss-sunshine 

Sunday, 19 October 2025

2025, week 42. 10 singles

Weeks just speed by it seems. Another one gone and still so much to do. Weekends in general are fun though. It gives me the opportunity to listen to new music, among all the other things. So, enjoy the songs that caught my ear this week!

Husband & Wife feat. Owen Pallett. Nick & June

What is it I'm listening to? Husband & Wife feels like a road trip through the history of rock itself. I want you to explore that trip for yourself, as it will be far more fun should I present it all to you. The result is a song that partly is superb, while at times it also seems to be struggling a little to make it truly flow. What is a success is how the song builds itself up and up towards a grand finale. I had never heard of Nick & June as far as I know. Nick & June are from Berlin but have worked with and recorded in the U.S.A. Arrangers associated with The National and members from others bands can be heard on the album. 'New Year's Face' will be released on our St. Nicholas day. If this single is anything to go on, it will be an epic album. That description is only slightly less modest. The bio speaks of a opus magnum no less.

kansas. Nathalie Miller

Nathalie Miller is a new name on the blog. With kansas she has released a serious pop song that comes close to a ballad. The tempo is fairly slow, the mood and lyrics are best described as reflective. To me this means that Miller is not taking the easy way out. Now I'm not a connaisseur of modern pop, as it somehow all passes me by. It may be that kansas is the epitome of the sign of the time. For me the song is on the fringe of my musical tastes. What attracts me is the way she sings, the inventive harmony vocals that constantly meander throughout the song and the way some of the instruments are used in this same, shimmering way. As a whole, kansas sounds simply great. Should you want to hear more. Nathalie Miller has released her EP 'like you used to' a few days ago.

Heaven's Gate.  The Quality of Mercury

And yet another new name. The Quality of Mercury is a band from Pennsylvania. If you listen to Heaven's Gate for the first time, you will automatically think 'band'. It isn't. The Quality of Mercury is the solo project of Jeremiah Rouse. Everything you hear has been conceived and played by Rouse himself. In that he's not unique of course. It does give pause to think what a great musical ear he must have to arrange and play everything himself while remaining critical on himself at the same time. Heaven's Gate is rock like they used to make them with layers upon layers of guitars creating a wall of sound with behind it all a huge drum and a bass part. All kinds of guitars and keys meander in and out of the sound to crawl back again later on. It takes almost 80 seconds before Rouse adds his voice to the whole. There is an album coming up, 'Voyager', to be released on 24 October. It is the follow up of 'Transmission', The Quality of Mercury's debut album from 2017.

Monsters. Strawberry Alarm Clock

Strawberry Alarm Clock? Wasn't this a band on the 'Nuggets' box set I bought somewhere in the 1990s? I have to look it up, as there were so many bands with extremely trippy names on there. Whichever way, I'm listening to the band's first new release in decades. It is part of a special Halloween album Big Stir Records releases this month containing all songs about the primarily American festive activity. It is spreading though into our neighbourhood with the many U.S. expats / immigrants living here. Monsters is a far from scary song though. It slowly progresses without any exclamation marks. The quality is there though. This band knows how to arrange a song and adorn it with some nice harmony vocals. At best it is the singer who puts some fear into his way of singing. Everyone in the band is trying to soothe him as much as possible. And, okay, the guitar solo is the monster inside trying to come out. The band and harmony singers come to the rescue immediately. Nice song. Do catch the album, 'CHILLING, THRILLING HOOKS AND HAUNTED HARMONIES'.

Peg Leg. Speedfossil
"I try not to fuck it up", is the central lyric line in Peg Leg and, rest assured, Speedfossil does not fuck it up here. It is one of those that make me wonder how it is possible to come up with another great song in a tradition that was started by The Kinks in the mid-sixties and can be followed down the decades by a long line of bands right up to Speedfossil's new single, announcing its anthology album 'Time Flies: 10 Years of Speedfossil'. Look at the video and you'll notice that the band's members have been around for at least a lot of their predecessors career. In Peg Leg one of the guitars has this nice wobbly effect before things get very concrete once again. With Peg Leg the band makes its statement showing how good it is while at the same time showering some honours on its heroes of the past. The combination works in all ways.

Tanana / Mush. Portugal. The Man

With Tanana, Portugal. The Man delivers a true hybrid song with pop and alternative balladry. The Portland, Oregon based band is working towards the release of its upcoming album 'Shish', that will hit the shelves on 7 November. Tanana is a slow moving song that gives away its secrets slowly but surely. From a hesitant intro and first verse, the song explodes, in a moderate way, into the chorus. Things are toned down again for the second verse, but listen to how the bass moves into the mix and that funky guitar in the corner of the mix. All throughout Tanana the band manages to surprise with the next move. By releasing this single as a double a-side, the band is able to show its other side in one go. Mush is an uptempo alternative rocker, that is almost straightforward. Almost, because the band again throws in a few surprises in between all the rocking going on. Three songs into 'Shish', it seems things cannot go really wrong with the album.

Keep It Cool. Bee Bee Sea

We move over to Italy once again for another dirty sounding alternative rock band. Keep It Cool sounds as if it was recorded in a sewer in full operation. The sound is as dirty as its surroundings. There is zero tolerance for subtleties in Keep It Cool. Cleanliness has been thrown out the window with the bathwater. I have no idea what Bee Bee Sea is, as I only this single to go by. It is all about excitement and energy. It all sounds as if Keep It Cool was recorded with one mike in a strategic point in the room, so that everything going on could be caught more or less in a balanced way. The VU meters were in deep red for the whole time distorting everything in the recording. If you like this sort of unpolished energy, keep a lookout for the upcoming album, 'Stanzini Can Be Alright'.

French Exit. Garlands

Glasgow's Garlands are a regular on this blog and especially the weekly singles post section. Every few months there is a new single and the latest is called French Exit. At heart this song is another Britpop influenced song with close ties into the influences of the best Britpop bands of the past. What sets it a apart from many other Garlands songs, is the synth that plays a riff all throughout the song, dominating the sound. It pushes away some of the nice details that are in there as well. The double tracked vocal in the verses work really well, just like some of the guitar work in the chord changes and lead lines, all behind that synth. (I have a little doubt if it isn't a guitar anyway with some weird effect on it.) French Exit may not be the best song I've heard over the years by Garlands, but just like always it is a more than welcome addition to my Garlands collection.

Hammer. Timo de Jong & Leadbeaters

This month The Hackensaw Boys from Charlotte, Virginia are touring the country with the 20th anniversary of the album 'Love What You Do'. Thomas Olivier, producer of Hammer and member of Leadbeaters is also a member of The Hackensaw Boys when they play over here. Luckily we have Timo de Jong and Leadbeaters for the rest of the year. The second single from the upcoming album 'The Ballad Of Too Much Glitter' shows exactly how much fun the collaboration of singer-songwriter De Jong and the Dutch bluegrass band Leadbeaters will be. Timo de Jong has this bronzed voice under which all other type of voices can be heard in that twangy Americana way that makes Bluegrass a genre of its own. The music fits the bill of course with violin, banjo, acoustic guitars, washboard, etc. And if you listen carefully, an electric guitar as well. What profanity, a purist would say. I don't, this single is great fun.

Tell Me She's Alright. The Gypsy Moths

The Gypsy Moths return to the blog with an almost powerpop single. Almost, because the song does not have the full power of a powerpop song. It comes close though and has this great feel to it. Everything from the 1960s pop, to country and all mixes between the two from the previous decades can be heard in Tell Me She's Alright. The instrument that steals the limelight on the single is the piano. Dave Buckley's subtle notes manage to catch my ears in a special way. Of course, there are some very nice guitar parts as well, just like the vocal melody, but the piano gives the song its relaxed vibe. In two weeks album 'Five By Five By Four' is released with a party in Boston. A bit far away for me, but then I have tickets for La Luz that evening.

Wout de Natris - van der Borght 

 

Saturday, 18 October 2025

Timebox live. Hoofdorp C., Thursday 16 October 2025

Photo: Wout de Natris
Dutch pop music 1964-1974? That contains a lot of music, very different music and a distinct growth from beat to symphonic rock. It contains songs that were hits across the world, though always incidental and not structural and it contains 'Venus' that was a number one hit in three different versions and may have made Robbie van Leeuwen the richest musician of his generation. Dutch pop music 1964-1974? This era may simply contain the best songs having come from this country. So, here we go.

When I learned at a solo performance Diederik Nomden played at the Phil in Haarlem in late summer that he had a new project called Timebox and played his favourite song from it, 'True Love That's A Wonder', My Love and I knew we had to get some tickets. And were we in for a treat.

After the show, I wondered: had I been a Timebox member, would I have made a much different choice of songs? Many were very obvious choices and a few real surprises. With some I might have preferred another song from that particular band. But overall? No, I don't think so.

First a fact. The Analogues stopped performing at the end of last year, with the 'Let It Be' and 'Abbey Road' show. Five members decided to continue in a new format, Timebox. So, Jac Bico, Felix Maginn, Jan van der Mey, Diederik Nomden and replacement drummer Kees Schaper were on stage with Ralph Mulder and guest singer Josephine van Schaijk. With news flashes from the era played in the old-fashioned tinny sound of the time, the band came on stage and started with one of the weirdest songs from the Nederbeat era, but one of my all time favourites, 'Ik Heb Geen Zin Om Op Te Staan'. For me there was no way this evening could go wrong after this song. The sound was superb, the whole evening long. Maginn, who played mostly bass, played these fantastic parts that I had never really noticed before. In 'She Likes Weeds' the guitar lines Jac Bico played gave the song a super rock and roll feel in an already very nice poppy tune. Of course I had heard these lines before, but just never like this. The details in all songs were so obviously present. It made me want to hear the originals immediately to get those details in there.

So many good songs came by. I am not going to mention them all. Should you be inspired to go, there's still the element of surprise for you. I will share a personal memory or two.

Photo: Wout de Natris
The oldest songs played were all from (a few years) before my time. When did I hear them for the first time? There's no telling any more in most cases. But not for Boudewijn de Groot's 'Testament'. Friends of my parents where I stayed regularly in the first half of the 1970s, had the 'Land Van Maas En Waal' single. The B-side is 'Testament'. I remember it so vividly and the impact the song had on me. Or 'Hair' by Zen. I had just discovered the Top 40 in the fall of 1968, got the leaflet every Thursday after school and listened to the radio show. A song entered on #40 and it sort of exploded in my mind. Not unlike 'Summertime Blues' by Blue Cheer did in spring 1968, without me at that point in time having knowledge of something called the Top 40. Later I learned that Veronica had put the single on that spot without it having any sales. For a positive or a commercial interest reason? Who cares? History was made. Three or four weeks later it was number 1. And it just stayed in the charts. With the nickels and dimes I received as pocket money I saved and saved and in the final week of the 22 week chart run of 'Hair' I could finally purchase it for 4,50 guilders, which was a huge amount for a school kid. I still love playing the song.

Two of the songs we have played/still play with my band, Sweetwood. I was the singer of the former, Cuby + Blizzards best known song, and received the compliment that my rendition was not behind what we heard in Hoofdorp. It was nice to hear, as I do not often receive compliments for my singing voice. The compliment came from our "Mariska Veres" and no, we do not do 'Venus', but my absolute favourite of Shocking Blue. It pleased me a lot to hear it live from such a good band. (I'm afraid that Timebox is better than all the bands from the era were live at the time. Except for Kayak, not on the show, in 1974 I have not seen a single one at the time, so do not truly know. It's just a gut feeling I have.)

If you ask me about albums and what was my first? I remember getting a compilation album of Dutch bands in 1969, 'Their Greatest Hits'. The best song on that album was played, a song by Brainbox. I had sort of forgotten about the album and always mention 'Coz I Luv You' an album by Slade. Funnily enough that album does not seem to exist. Try and find it on Wikipedia. One that followed very soon was 'Tee-Five Tee-Set', a compilation of five years of hits. It contains one of the weirdest songs in Dutch pop history, when the band went psychedelic. I loved it as a child because of all the weird sounds and all. Today I have to concede that it is not a very good song, unlike 'Ma Belle Amie' and the already mentioned 'She Likes Weeds' are. But, this song was released months before Small Faces' 'Lazy Sunday', a far better song. Both are highly original.

No matter how good some of the music made today is, for some reason it doesn't compare for me to the pop, beat and everything after music from roughly this era. Despite not having been consciously present for all of the years, based on the love for what came after let's say from late 1966, when I started to notice new music people slightly older than I was listened to and from 1968 starting to have something like my own favourites, the few years before fell easily into its place. There was not a song I did not know. Only one by Rob Hoeke I knew marginally. (You almost have the title this way.)

Timebox are musicians with a lot of experience but if anything shone through, it was their love for this music and the fun they have playing this music together. Most people were even older than I am and they come out to hear the favourites from their youth, in droves. And which song would I have added? I think 'Maybe Tomorrow Maybe Tonight' by Earth & Fire. Hearing that other big hit was already more than satisfying though. It may be there best.

I have one question left. Were there any songs from 1964 and from 1974? I don't think so. Herman Kuiphof's most famous quote from 1974 was there sure enough. Luckily enough the audience in Hoofdorp did not "tuin" in it. We got the best on offer in 2025.

Timebox still tours extensively with this programme and returns later next year with a tour of Britpop from the same era. This is going to be so good as well.

Wout de Natris - van der Borght

 

Here is the touring schedule:

https://gvproductions.nl/artiesten/timebox/ 

 

Friday, 17 October 2025

All Smiles Tonight. Poor Creature

Poor Creature lijkt een gelegenheidsband, maar met het door John ‘Spud’ Murphy geproduceerde All Smiles Tonight leveren leden van Landless en Lankum een bijzonder mooi en zeer interessant album af.

De naam Poor Creature zingt al even rond en ik begrijp inmiddels waarom. Ruth Clinton, Cormac MacDiarmada en John Dermody hebben hun eigen band even achter zich gelaten en hebben de krachten verenigd op All Smiles Tonight. Het is een album waarop de gelegenheidsband invloeden uit de Ierse folk verwerkt, maar ook invloeden uit de psychedelica spelen een voorname rol op het album waarop bijzonder mooie zang, bezwerende synths en indringende ritmes op bijzondere wijze worden gecombineerd. Het is allemaal prachtig geproduceerd door John ‘Spud’ Murphy, die inmiddels een prachtig stapeltje albums op zijn naam heeft staan.

De naam Poor Creature heb ik al een tijdje op een lijstje staan, want Britse muziektijdschriften als Mojo en Uncut waren erg vroeg met hun recensies van het debuutalbum van de Britse band. Misschien is gelegenheidsband overigens meer op zijn plaats, want zangeres Ruth Clinton maakt ook deel uit van de band Landless, terwijl Cormac MacDiarmada een van de vaste leden van Lankum is en John Dermody deze Britse band op het podium bijstaat als drummer. 

Gelegenheidsband of niet, op basis van de zeer positieve recensies in de gerenommeerde Britse muziektijdschriften was me wel duidelijk dat het debuutalbum van Poor Creature een album is om naar uit te kijken. All Smiles Tonight is deze week verschenen en is inderdaad een bijzonder mooi en fascinerend album geworden. 

Het is een album dat is geproduceerd door John ‘Spud’ Murphy, die de afgelopen jaren ook fantastische albums van onder andere Anna B Savage, Goat Girl, ØXN en Lankum produceerde. Met name door de albums van Lankum en ØXN wordt de Britse producer vooral geassocieerd met spookachtige folk. Die spookachtige folk had ik gezien de samenstelling van de band ook verwacht van Poor Creature, maar met alleen dit label doe je de muziek van de Britse band ook wel wat tekort. 

Ruth Clinton maakt zoals gezegd deel uit van de band Landless, die eerder dit jaar haar tweede album uitbracht. Op dat album werd absoluut prachtig gezongen, maar de vooral vocale en erg traditionele folk bleek al snel niet mijn ding. Het debuutalbum van Poor Creature is zeker wel mijn ding en dat wordt eigenlijk al direct duidelijk in de openingstrack. 

Het is een donkere track, waarin de engelachtige zang van Ruth Clinton wordt gecombineerd met duistere en wat psychedelisch aandoende synths en bezwerende ritmes. Het is een track die absoluut elementen uit de Ierse folk bevat, maar het is ook een track die klinkt of de Britse band Cocteau Twins zich heeft laten inspireren door duistere Britse folk en hier, bijgestaan door John ‘Spud’ Murphy, een eigen draai aan geeft. 

De combinatie van ijle, zweverige maar ook bezwerende klanken past perfect bij de wat serene zang van Ruth Clinton, die echt prachtig zingt. Het wordt fraai gecombineerd in het volgende productionele hoogstandje van John ‘Spud’ Murphy, die er in slaagt om een aan de ene kant wonderschone en aan de andere kant bijna beangstigende sfeer te creëren. Poor Creature zoekt de inspiratie zeker niet uitsluitend in de traditionele Ierse folk, maar verkent ook de traditionele Amerikaanse rootsmuziek, wat ook bijzonder mooie en indringende songs oplevert. 

Centraal in het geluid van Poor Creature staat meestal de heldere en bijzonder mooie stem van Ruth Clinton, die af en toe wordt bijgestaan door Cormac MacDiarmada, die ook een enkele keer de lead neemt, wat de muziek van Poor Creature wat mij betreft direct minder onderscheidend maakt. Met name Ruth Clinton tekent voor zang die je meevoert langs bijzondere en al dan niet surrealistische landschappen. 

De muziek is soms subtiel, maar wordt ook af en toe zwaarder aangezet, wat het donkere en bezwerende karakter van de muziek van Poor Creature verder versterkt. Het is vooralsnog de vraag of het debuutalbum van Poor Creature een eenmalig tussendoortje is of dat we meer gaan horen van de band. Ik hoop het laatste, want met All Smiles Tonight voegt de gelegenheidsband weer een nieuwe dimensie toe aan de fascinerende Ierse folk van het moment.

Erwin Zijleman

 

Je kunt All Smiles Tonight hier luisteren en bestellen:

https://riverlea.bandcamp.com/album/all-smiles-tonight

Thursday, 16 October 2025

One to One: John & Yoko

Over the past 12 years of this blog, The Beatles have come by in one form or another. From these posts you may have gathered that I was too young for Beatlemania but without understanding any of that from 1966 onwards got to know enough of the songs to make me a fan, yet I was old enough to remember the final two years and the break up. All without understanding the true significance of the band, but then no one could predict how huge the band would become after the breakup. The band and its individual members are still of enough interest to produce whole films around them in a regular manner. In 2025 One to One: John & Yoko is another example.

In the early 1970s the couple left the U.K. and moved to a small apartment in Greenwich Village, leaving all the acquired riches behind. In their loft they apparently watched a lot of tv and that is what we did in the cinema as well. We watched (what is now the history of) 1972 unfold in front of our eyes, Vietnam, Watergate, Nixon, McGovern, riots, flower power with a vengeance, Attica State, demonstrations, commercials and snippets of sitcoms that I had all but forgotten about and what not.

In between the tv news the life of and around John and Yoko unfolds in a few ways. We hear telephone conversations, see or hear (radio) interviews and the couple's presence at rallies for one goal or another. Why were all these calls recorded?, I wondered. John explains it himself later in an interview. And in between that we see songs from the only full live show John Lennon played after The Beatles quit performing in 1966 or after The Beatles formally split. There was this show in Canada in 1969 afterall. Only one live show! What struck me in the very first live scene was the presence of the man. Here stood a great artist. Several songs came by, but what really struck me was the live rendition of 'Mother'. I could never listen to the song, but it immediately struck me here. Here was someone singing from the bottom of his heart and mind, from the very core of his existence. If the footage was mixed truthfully, the audience was totally quiet and in awe as well. Not in other songs, far, far from it.

In the movie we see the Lennon's getting sucked into all sorts of political activities. Being asked to do this, do come there, to perform for the x, y and z cause. We see how über hippie Jerry Rubin works his way into their life. Where was Abbie Hoffmann? He was mentioned but I do not think he was present. Lennon steps away at some point when violence becomes a topic. Over four years since 'Revolution' he stayed true to his lyrics from 'Hey Jude's' b-side. Besides he was threatened with deportation from the U.S.

As Sean Ono Lennon is executive producer of the movie, there is a strong focus on Yoko Ono, John Lennon's second wife, also. Remember me being too young and just old enough? I remember literally everybody hated Yoko at the time and years and years after. She was to blame for everything. What comes forward from the movie shows how deep this hate went and how it affected her person and life. What I certainly did not know at the time, was that she was a renowned artist already when meeting John for the first time. When visiting Frankfurt in 2013 on a business trip, when driving by tram to the hotel in one of the outskirts of the city, I passed a museum that had a Yoko Ono exhibition. (In the same year I travelled for business to Vienna, but did have time off there and visited a Linda McCartney photo exhibition in one of the Hundertwasser houses.) She was far more than just the disrupting wife of John. In hindsight we know that the four young men had to go their own way. The only what ifs that can be hinted at are, what if they had decided to come back together in 1972, 3 or 4 of if they would have gone back on the road just like The Rolling Stones did in 1969? We will never know.

We do know that the militant life of John Lennon in 1972 did not lead to his best music. Compare it to the renditions of 'Instant Karma' or 'Image' and yes, certainly 'Mother', in this movie and you know it was artistically and musically a near wasted year. This movie though puts it all in perspective, the stragglers, the profiteers, the convictions and the zeitgeist. All get their place. The only one coming close to telling John the truth is the often slighted manager Allen Klein. At least he tried, perhaps thinking about his purse while doing it, but still.

Finally, one of the highlights in my mind. The guy going through Bob Dylan's trash can, A.J. Weberman, is in full view and even becomes part of the Lennon coterie. Things sometimes get weirder in real life, than one can imagine. The live show was a benefit show for a children's care home by the way after the Lennon's were touched by a news reel on home.

This movie tells so many different stories. Having a more than average knowledge of the history of the time certainly helps. 

Wout de Natris - van der Borght 

Wednesday, 15 October 2025

It's All Downhill From Here. Dateline

It's All Downhill From Here, Dateline's second album, was already released in 2024. As I only heard about Dateline just over a week ago thanks to its support slot for The Beths at the Paradiso in Amsterdam, I decided to give the newest album of the band a chance. What I heard in Amsterdam went really down well, and luckily I can add that the album goes down the exact same way.

Dateline is a band, or it seems project is a better word, from Auckland, New Zealand. The constant in the band is singer-songwriter-guitarist Kate Everingham. On this album she's joined by Hikurangi Schaverien-Kaa, Phoebe Johnson and Reuben McDonald. Recording duties were taken care of by The Beths' Jonathan Pearce, so that link is explained as well. Some of The Beths' strengths can certainly be heard here as well.

It's All Downhill From Here is an alternative and indie rock album. The music moves between straightforward indie rock right up to songs with a bite in them, where Everingham shows her teeth, just like she does on stage. "I don't want my daughter to see me like that", she told me after the show. As a member of the audience it totally impressive, almost close to dangerous.

It strikes me that the stage sound of Dateline is quite different from the sound on the record. The stage sound can be translucent a times, even like crystal glasses. So tremendously clear. On record the harmony vocals come across even more. On stage they are already impressive. Although on record Dateline sounds more like other indie bands, the quality of the songs lifts the album up and brings it in line with my live experience.

It's time to focus on one song. 'Hands' is a song that starts with a lo-fi intro before other instruments and Kate Everingham's voice join. The song seems to progress in slow but deliberate way. A few things happen though that make it stand out. First how the song is fleshed out slowly but surely. The harmony vocals that are well worked out. Finally, the veneer of accepted behaviour in society is stripped away for just a second here and there. Madness and anger seep through before the curtain is lowered immediately to cover it up. The way Everingham is able to play with her voice is masterful. The way the band can make a song like 'Home Flies' explode does the rest.

In between several songs there is some studio banter. No matter, this is about the songs. With It's All Downhill From Here Dateline shows that it is a band that deserves more attention over here than it gets so far. The album is of a level that came as a surprise to me. How is it possible that so much great music from New Zealand has reached in the past years and nobody pointed me to Dateline? It is beyond me. A great support show changed all that. So thank you, The Beths for bringing this band along. The question about New Zealand and the water remains unanswered but who cares if albums with a quality like It's All Downhill From Here comes from the country?

What remains is an obvious observation. The title of this album may be the opposite direction of where Dateline is going.

Wout de Natris - van der Borght

 

You can listen to and order It's All Downhill From Here here:

https://dateline.bandcamp.com/album/its-all-downhill-from-here 

Tuesday, 14 October 2025

Kissing Other ppl. Rachel Baiman + Viv & Riley

De Amerikaanse muzikanten Rachel Baiman, Vivian Leva en Riley Calcagno (Viv & Riley) bundelen de krachten op Kissing Other ppl, wat een bijzonder fraai rootsalbum met veel speelplezier en wonderschone harmonieën oplevert.

Ik hoor niet heel vaak dat muzikanten on the road de samenwerking zoeken met hun support act, maar de Amerikaanse singer-songwriter Rachel Baiman deed het en wist haar support act Viv & Riley te verleiden tot een gezamenlijk album. Het zijn drie muzikanten die ik gezien hun albums uit het verleden hoog heb zitten en ook Kissing Other ppl stelt geen moment teleur. Je hoort het plezier dat de drie hadden in de woonkamer van de producer van het project en je hoort bovendien dat hun stemmen prachtig bij elkaar passen. Voor het album van het drietal werden een aantal songs van andere geselecteerd, maar Rachel Baiman + Viv & Riley maken er hun eigen songs van op dit prachtige album.

No Depression was halverwege de jaren 90 een legendarisch muziektijdschrift dat vooral gericht was op het destijds nieuwe genre alt-country en niet voor niets (onder andere) is vernoemd naar het legendarische debuutalbum van de Amerikaanse band Uncle Tupelo. Het tijdschrift bestaat alleen nog online en is tegenwoordig meer gericht op wat traditionelere Amerikaanse rootsmuziek. Ik hou de website van het tijdschrift nog altijd goed in de gaten, want zo af en toe komt er een interessant album voorbij dat verder nauwelijks aandacht krijgt. 

Dat gebeurde ook in augustus met een bijzonder mooi album van drie muzikanten die ik heel hoog heb zitten. Ik ben zeer gecharmeerd van alle albums van de uit Nashville, Tennessee, afkomstige singer-songwriter Rachel Baiman en ook het soloalbum van Vivian Leva en de twee albums die ze maakte met Riley Calcagno konden rekenen op mijn sympathie. 

Op Kissing Other ppl heeft Rachel Baiman de krachten gebundeld met Vivian Leva en Riley Calcagno, die sinds enkele jaren muziek maken onder de naam Viv & Riley. Het is een samenwerking die wat mij geweldig uitpakt, want het debuutalbum van Rachel Baiman + Viv & Riley is een zeer fraaie aanvulling op beider oeuvres en kan zich meten met de betere rootsalbums van de laatste tijd.

Het idee voor een gezamenlijk album ontstond tijdens de tour die volgde op het laatste album van Rachel Baiman, die Viv & Riley vroeg als support act. Tijdens het reizen tussen de verschillende podia kwam het gesprek op favoriete songs van anderen en tijdens het spelen hiervan bleken de stemmen van de drie prachtig te blenden en uiteindelijk zo mooi dat het zonde was om er niets mee te doen. 

De drie trokken voor hun gezamenlijke album naar de studio van producer Greg D. Griffith op het platteland van Connecticut. De studio werd uiteindelijk echter nauwelijks gebruikt, want het grootste deel van de songs op Kissing Other ppl werd opgenomen in de woonkamer van de Amerikaanse producer. 

Kissing Other ppl bevat uitsluitend songs van anderen, waaronder songs van Lennon Stella, Wilco, Songs: Ohia, Dr. Dog, Joan Armatrading en Dottie West. Het zijn songs die vrij sober, maar ook bijzonder mooi zijn ingekleurd met vooral gitaren, banjo en viool, met hier en daar wat fraaie uithalen op de elektrische gitaar van Rachel Baiman. Het zijn songs die behoorlijk traditioneel klinken met vooral invloeden uit de Appalachen folk en bluegrass, maar de muziek van Rachel Baiman + Viv & Riley klinkt ook fris. 

Rachel Baiman, Vivian Leva en Riley Calcagno beschikken alle drie over een prachtige sten en wisselen de leadzang af op Kissing Other ppl. Ik heb een voorkeur voor de songs waarin Rachel Baiman en Vivian Leva het voortouw nemen, maar ook de songs waarin Riley Calcagno de leadzang voor zijn rekening neemt zijn prachtig, al is het maar omdat Rachel Baiman en Vivian Leva tekenen voor prachtige harmonieën. De harmonieën op het hele album zijn prachtig en dragen stevig bij aan de hoge kwaliteit van KIssing Other ppl. 

Het is maar de vraag of de samenwerking tussen de drie een vervolg gaat krijgen, maar de songs op Kissing Other ppl smaken zeker naar meer. Het doet af en toe wel wat denken aan de muziek die Gillian Welch en David Rawlings maken, maar de extra vrouwenstem op het debuutalbum van Rachel Baiman + Viv & Riley heeft absoluut meerwaarde. Wat ben ik blij dat ik wekelijks even kijk op de website van No Depression, want anders had ik dit bijzonder mooie album met een klein half uur vocale pracht zomaar kunnen missen.

Erwin Zijleman

 

You can listen to and buy Kissing Other People here:

https://kissingotherppl.bandcamp.com/album/kissing-other-ppl-3